Flor Alpaerts

Flor Alpaerts (Antwerpen, 12 september 1876 - 5 oktober 1954) was een Vlaams componist en muziekpedagoog.

Flor Alpaerts
Algemene informatie
Volledige naamFlorentius Alpaerts
Geboren12 september 1876
Overleden5 oktober 1954
Land België
Werk
BeroepComponist en muziekpedagoog
Portaal    Muziek

Levensloop

Hij werd geboren binnen het gezin van tabaksbewerker Antonius Josephus Alpaerts en Maria Adela Mynendonckx. Alpaerts, die vroeg zijn ouders verloor, was vanaf 1885 leerling in de Vlaamsche Muziekschool, die in 1898 het Koninklijk Vlaams Conservatorium van Antwerpen werd, en leerde er notenleer bij Albert De Schacht. Hij studeerde er bij Flor Tillemans en Jean-Baptiste Colyns (viool), Jan Blockx (harmonie en compositie), Jan Tilborghs (contrapunt en fuga). In 1901 studeerde hij af met verscheidene eerste prijzen. Vanaf 1903 gaf hij aan dezelfde school les in notenleer, contrapunt en fuga. In 1933 werd hij, na een bitsige strijd met Lodewijk De Vocht, tot directeur benoemd van het Koninklijk Conservatorium van Antwerpen en bleef dit tot in 1941. Hij zette het onderwijs verder in de traditie van Peter Benoit.

Vanaf 1891 speelde Alpaerts viool in verschillende orkesten, onder meer in het Orkest van de Bourlaschouwburg en in dat van de Koninklijke Harmoniemaatschappij. Hij begon ook te dirigeren, eerst met amateurorkesten, weldra met beroepsorkesten die hem faam bezorgden. Hij vervolmaakte zich in het dirigeren bij Edward Keurvels (1853-1916).

In 1904 werd hij dirigent van de Peter-Benoitkapel, een afdeling van het Peter-Benoitfonds. Deze kapel bestond uit een vrouwelijk koor met enkele instrumentisten. Als artistiek leider van het Benoitfonds werd hij de belangrijkste dirigent van de werken van Benoit, onder meer in 1934 De Oorlog. Naast de Benoitcultus, zette hij zich in voor de muziek van Igor Stravinsky en Arthur Honegger.

Alpaerts was een zeer aanwezige dirigent in het Antwerpse. Hij dirigeerde in de Koninklijke Nederlandse Schouwburg en in de Koninklijke Maatschappij voor Dierkunde. Het orkest van de zoo en het koor Arti Vocale gaven tot in 1951 maandelijks een concert met werk van eigen componisten en uit het internationaal repertoire. In 1922-23 was hij dirigent van de Koninklijke Vlaamse Opera.

Hij werd als vrijmetselaar vermeld op een door La Libre Belgique op 17 mei 1938 gepubliceerde lijst.

Alpaerts werd begraven op de Antwerpse begraafplaats Schoonselhof.[1]

Componist

Alpaerts liet een uitgebreid oeuvre na. Hij componeerde eerst in een impressionistisch idioom, later expressionistisch en uiteindelijk neoclassicistisch. Hij liet zich hierbij inspireren door het Vlaamse leven. Peter Benoit was zijn grote voorbeeld, maar hij hertaalde zijn principes en gaf aan de Vlaamse muziek een actuele taal en een eigentijds gezicht.

Hij schreef vooral voor symfonisch orkest. Daarnaast schreef hij ook toneelmuziek, een opera, heel wat Vlaamse liederen, kamermuziek en werk voor fanfare en harmonie.

Publicatie

  • Muzieklezen en zingen, 5 delen (1915- 1918).

Oeuvre

  • Psyché (1899), symfonisch gedicht
  • Herleving (1904)
  • Cyrus (1905) geïnspireerd op werk van Louis Couperus
  • Lentesymfonie (1906)
  • Pallieter (1921), symfonisch gedicht
  • Benedictus Deus (1926) voor gemengd koor
  • Tijl Uilenspiegel (1927), symfonisch gedicht
  • James Ensor-suite (1931), die als zijn meesterwerk wordt beschouwd
  • Salome's dans van de zeven sluiers
  • Shylock, opera in drie bedrijven (1910-1913)
This article is issued from Wikipedia. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.