Federaal administratief openbaar ambt
Het federaal administratief openbaar ambt in België wordt georganiseerd door de wet van 22 juli 1993. Deze wet voorziet op federaal niveau in vijf categorieën van instellingen die een of ander aspect van de openbare administratie behartigen.
Federale overheidsdienst (FOD)
Federale overheidsdiensten zijn de voormalige ministeries en werden ingevoerd in 2003. Deze diensten houden zich ofwel bezig met een specifieke tak van het federale overheidsbeleid (financiën, gezondheidszorg, ...) en worden verticaal gestructureerd, terwijl andere zich bezighouden met algemene takken van het federale overheidsbeleid (personeel en organisatie, begroting en beheerscontrole ...) en worden horizontaal gestructureerd.
Momenteel bestaan de volgende federale overheidsdiensten:
- FOD Kanselarij van de Eerste Minister
- FOD Personeel en Organisatie
- FOD Budget en Beheerscontrole
- FOD Informatie- en Communicatietechnologie
- FOD Buitenlandse Zaken, Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking
- FOD Binnenlandse Zaken
- FOD Financiën
- FOD Mobiliteit en Vervoer
- FOD Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg
- FOD Sociale Zekerheid
- FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu
- FOD Justitie
- FOD Economie, KMO, Middenstand en Energie
Enkel het ministerie van defensie is nog niet omgevormd tot een FOD.
Programmatorische overheidsdienst (POD)
Programmatorische Federale Overheidsdiensten werden voor het eerst opgericht in 2003 en zijn diensten die verband houden met maatschappelijke vraagstukken die anders verspreid zouden liggen over verschillende federale overheidsdiensten én waarvoor coördinatie binnen één en dezelfde dienst noodzakelijk wordt geacht (wetenschapsbeleid, duurzame ontwikkeling ...).
Momenteel bestaan de volgende programmatorische overheidsdiensten:
- POD Activabeheer
- POD Consumentenzaken
- POD Duurzame Ontwikkeling
- POD Maatschappelijke Integratie, Armoedebestrijding, Sociale Economie en Grootstedenbeleid
- POD Telecommunicatie
- POD Wetenschapsbeleid
Wetenschappelijke instelling (WI)
De Wetenschappelijke Instellingen van de federale overheid, die steeds afhangen van een federale of programmatorische overheidsdienst, vervullen bijzondere taken. Het gaat om de volgende instellingen:
- Algemeen Rijksarchief en Rijksarchief in de Provinciën
- Studie- en Documentatiecentrum Oorlog en Hedendaagse Maatschappij
- Koninklijke Bibliotheek van België Albert I
- Belgisch Instituut voor Ruimte-aëronomie
- Koninklijk Meteorologisch Instituut van België
- Koninklijk Belgisch Instituut voor Natuurwetenschappen
- Koninklijk Instituut voor het Kunstpatrimonium
- Koninklijk Museum voor Midden-Afrika
- Koninklijke Musea voor Kunst en Geschiedenis
- Koninklijke Musea voor Schone Kunsten van België
- Koninklijke Sterrenwacht van België
- Sciensano, ontstaan uit het vroegere WIV en het vroegere CODA
- Koninklijk Museum van het Leger en de Krijgsgeschiedenis
- Nationaal Instituut voor Criminalistiek en Criminologie
- Penitentiair Onderzoeks- en Klinisch Observatiecentrum
Instelling van openbaar nut (ION)
Instellingen van openbaar nut zijn specifieke instellingen die afhangen van één of meerdere federale overheidsdiensten en een bepaalde mate van autonomie bezitten. Er bestaan vier verschillende categorieën wiens verschillen gebaseerd zijn op methode van toezicht, vaststelling van statuut van het personeel en financiële controle:
- categorie A: staan onder rechtstreeks toezicht van een minister, het personeelsstatuut wordt door de uitvoerende macht vastgesteld, begroting wordt opgemaakt door de bevoegde minister en goedgekeurd door de wetgevende macht,
- categorie B: staan onder onrechtstreeks toezicht van een minister, het personeelsstatuut wordt door de uitvoerende macht vastgesteld, begroting wordt opgemaakt door de raad van bestuur van de instelling en medegedeeld aan de wetgevende macht,
- categorie C: staan onder onrechtstreeks toezicht van een minister, het personeelsstatuut wordt door de raad van bestuur van de instelling vastgesteld, begroting wordt opgemaakt door de raad van bestuur van de instelling en ter goedkeuring voorgelegd aan het Rekenhof,
- categorie D: staan onder onrechtstreeks toezicht van een minister, het personeelsstatuut wordt door de uitvoerende macht vastgesteld, begroting wordt opgemaakt door de raad van bestuur van de instelling en goedgekeurd door gezagvoerende minister en de minister van financiën.
Momenteel bestaan de volgende instellingen van openbaar nut:
- Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen (FAVV) (Cat. A)
- Federaal Agentschap voor Geneesmiddelen en Gezondheidsproducten (FAGG) (Cat. A)
- Federaal Agentschap voor de Opvang van Asielzoekers (FEDASIL) (Cat. A)
- Federaal Planbureau (Cat. A)
Pensioendienst voor de overheidssector (Cat. A)(gefuseerd naar de Federale Pensioendienst in 2016)- Regie der Gebouwen (Cat. A)
- Nationaal Geografisch Instituut (NGI) (Cat. B)
- Instituut voor de Gelijkheid van Vrouwen en Mannen (IGVM) (Cat. B)
Instituut voor Veteranen-Nationaal Instituut voor Oorlogsinvaliden, Oud-Strijders en Oorlogsslachtoffers (IV-NIOOO)gefuseerd met het koninklijk legermuseum naar War Heritage Institute: https://www.warheritage.be/nl (Cat. B)- Agentschap voor de oproepen tot de hulpdiensten (agentschap 112) (Cat. B)
- Belgisch Interventie- en Restitutiebureau (BIRB) (Cat. B)
- Centrale Dienst voor Sociale en Culturele Actie van het Ministerie van Defensie (CDSCA) (Cat. B)
- Federaal Kenniscentrum voor de Gezondheidszorg (KCE) (Cat. B)
- Controledienst voor de ziekenfondsen en de landsbonden van ziekenfondsen (CDZ) (Cat. C)
- Belgisch Instituut voor Postdiensten en Telecommunicatie (BIPT) (Cat. B.)
- Federaal Agentschap voor Nucleaire Controle (FANC) (Cat. C)
Openbare instelling van sociale zekerheid (OISZ)
Openbare instellingen van sociale zekerheid zijn specifieke instellingen die afhangen van één of meerder federale overheidsdiensten en een taak vervullen binnen het beheer van de sociale zekerheid
Momenteel bestaan de volgende openbare instellingen van sociale zekerheid:
- Federaal agentschap voor beroepsrisico’s (Fedris), ontstaan in 2017 door fusie van het Fonds voor Arbeidsongevallen en het Fonds voor Beroepsziekten
- Hulpkas voor Werkloosheidsuitkeringen
- Hulpkas voor Ziekte- en Invaliditeitsverzekering
- Kruispuntbank van de Sociale Zekerheid
- Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening (RVA)
- Rijksdienst voor Jaarlijkse Vakantie
- Federaal Agentschap voor de Kinderbijslag (FAMIFED), de vroegere Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers (RKW)
- Federale Pensioendienst (door fusie van de Rijksdienst voor Pensioenen en de Pensioendienst voor de Overheidssector)
- Rijksdienst voor Sociale Zekerheid (RSZ)
- Rijksinstituut voor de Sociale Verzekeringen der Zelfstandigen
- Rijksinstituut voor Ziekte- en Invaliditeitsverzekering (RIZIV)