Eric Fleming

Fleming liep op 11-jarige leeftijd weg van huis en ging naar New York, waar hij zich met losse baantjes het hoofd boven water hield. Later vervoegde hij zich bij de koopvaardij en diende tijdens de Tweede Wereldoorlog bij de Seabees van de United States Navy. Tijdens zijn werk bij de bouwtroepen van de marine kreeg hij een arbeidsongeval, waardoor hij zware gezichtsverwondingen opliep. Na meerdere operaties en het uittreden uit de marine nam Fleming toneelonderricht.

Zijn carrière begon bij theaters in Chicago en New York, zijn Broadway-debuut maakte hij in 1950 in The Tower Beyond Tragedy. Tussen april en mei 1951 speelde hij in de kinderserie Major Dell Conway of the Flying Tigers de titelrol. Daarna was hij in enkele tv-producties te zien, voordat hij zijn speelfilmdebuut maakte in Byron Haskins sciencefiction-film Conquest of Space. Na hoofdrollen in de B-films Queen of Outer Space naast Zsa Zsa Gábor en Curse of the Undead kreeg hij in 1959 de hoofdrol in de succesvolle westernserie Rawhide. Hierin speelde hij tussen 1959 en 1965 in 201 afleveringen de rol van voorman Gil Favor, de leider van de cowboys en de door Clint Eastwood gespeelde Rowdy Yates.

In 1965 verliet hij voortijdig de serie om vaart te zetten achter zijn filmcarrière, en kreeg hij een bijrol in de Doris Day-filmkomedie The Glass Bottom Boat. Tijdens de opnames van een geplande avonturentelevisiefilm in Peru, waarin hij in een kano peddelde op de Rio Huallaga, kapseisde de kano. Fleming werd door de stroming meegevoerd en verdronk. Zijn lichaam werd pas vier dagen later gevonden.