Dienstplichtrellen in New York

De dienstplichtrellen in New York of Draft Riots van 13 juli tot 16 juli 1863, de Draft Week genoemd, waren gewelddadige opstoten in New York na de misnoegdheid omtrent de door het Amerikaans Congres goedgekeurde conscriptiewetten, waarbij loting mannen zou rekruteren voor de Amerikaanse burgeroorlog. President Abraham Lincoln zond regimenten om de stad onder controle te krijgen. De opstandelingen bestonden vooral uit Ierse Amerikanen. Tezelfdertijd vonden in andere steden kleinere rellen plaats. De misnoegdheid tegen de dienstplicht keerde zich echter tegen de Afro-Amerikanen: Lincoln stelde dat de Unie vocht voor de afschaffing van de slavernij en de relschoppers gingen de zwarten aanwijzen als de schuldigen van de oorlog. Generaal-majoor John E. Wool kondigde op 16 juli de noodtoestand af maar was zich er bewust van dat hij 'onvoldoende kracht' had om ze in te stellen. Het leger ging het oproer te lijf met artillerie en bajonetten en onderdrukte de oproer pas nadat vele huizen geplunderd of vernietigd waren, waaronder het kantoor van de krant New York Tribune, een weeshuis voor zwarten en P.T. Barnums rariteitenmuseum.[1]

Federale troepen vuren op de opstandelingen.

Proloog

Wegens een tekort aan militairen in de Unie stemde het Congres op 3 maart 1863 over de eerste dienstplichtresolutie (conscription act) in de geschiedenis van de Verenigde Staten. Mannen tussen 18 en 35 jaar oud deden via loting legerdienst. De Copperheads, een democratische fractie in het Noorden die tegen de oorlog was, waren ontzet. Zij struikelden over de bepaling waarbij men zich voor 300 dollar kon vrijkopen, een hoog bedrag dat enkel de rijkste Amerikanen konden betalen. Het leidde tot de uitdrukking "300 dollar man".[2]

In de praktijk verenigden vele mannen zich in groepen die, als er iemand onder hen werd geloot, geld samen legden voor de premie. De bedoeling van de afkooppremie was de oorlog te financieren. Bij de middenklasse en de lagere klassen ontstond de perceptie dat de oorlog een kwestie van de rijken was. De conscriptie botste ook met de inspanning van Tammany Hall, de leider van de Democraten in de stad om de katholieke Ierse immigranten in te schrijven als burgers opdat ze voor hem zouden stemmen. Aan het Amerikaans burgerschap hing nu de mogelijke plicht tot vechten vast.

Rellen

De tweede lotingsronde vond plaats op 13 juli 1863. Een furieuze menigte viel het kantoor van de assistant provost marshall aan. Aanvankelijk hadden de relschoppers het gemunt op lotingsbureaus en politiekantoren maar al snel werden Afro-Amerikanen een belangrijk doelwit. De zwarten werden de zondebok en het doel van de woede van de relschoppers. Wie in hun handen viel werd vaak in elkaar geslagen, gemarteld of gelyncht.

Relschoppers vallen federale troepen aan

De New Yorkse politie slaagde er niet in de rellen de baas te worden. De politie was onderbemand en hield zich ledig met het beperken van de eigen verliezen en het redden van wie ze kon redden. De stad kon niet onder controle worden gebracht tot haastig oprukkende federale troepen, waaronder de 152nd New York Volunteers, de 26th Michigan Volunteers, en de 27th Indiana Volunteers arriveerden. Daarnaast arriveerde, na een geforceerde mars, de New York Guard uit Frederick, Maryland. Deze werden aangevuld door het 74ste en 65ste regiment van de militie van de staat New York, gestuurd door de gouverneur en een sectie van de 20th Independent Battery, New York Volunteer Artillery uit Fort Schuyler in Throgs Neck. Op 15 juli beheerste de massa verspreide delen van de stad, maar tegen de ochtend van 16 juli waren er duizenden Federale militairen in de stad en waren de rellen grotendeels ontbonden.

Nasleep

Het exacte dodental is onbekend. Volgens Cook (1974) waren er minstens 100 burgers gedood en 300 gewonden. De materiële schade liep op tot zo’n 1,5 miljoen Amerikaanse dollar. Op 19 augustus werd de loting hervat. Ze werd zonder incidenten in 10 dagen voltooid. Er werden veel minder mannen geloot dan gevreesd; van de 750.000 geselecteerden over de hele Unie, ging zes procent in dienst.

De rellen in fictie

De Draft Riots komen aan bod in:

  • On Secret Service door John Jakes;
  • Paradise Alley door Kevin Baker;
  • In album 45 van de stripreeks De Blauwbloezen, Oproer in New York.
  • De film Gangs of New York (2002) van Martin Scorsese bevat een uitgebreide scène over de rellen. Een scène toont oorlogsschepen van de Union Navy die de stad onder vuur namen. Dit is historisch incorrect. Geen enkel Amerikaans oorlogsschip opende het vuur op de stad.

Voetnoten

  1. Barnes 5; Harper's Weekly, volume vii, no 344; John E. Wool Official Reports.
  2. David Donald, Civil War and Reconstruction (2002) 229

Referenties en werken

  • Official Records of the American Civil War, volume xxvii, part ii (Washington, 1889);
  • David M. Barnes, The Draft Riots in New York, July, 1863: The Metropolitan Police, Their Services During Riot (1863) (available online);
  • Iver Bernstein, The New York City Draft Riots: Their Significance for American Society and Politics in the Age of the Civil War (1991);
  • Adrian Cook, The Armies of the Streets: The New York City Draft Riots of 1863 (1874);
  • James Barnet Fry, New York and the Conscription of 1863, (New York, 1885);
  • James Dabney McCabe, The Life and Public Services of Horatio Seymour (1868) (available online);
  • John Nicolay and John Hay, Lincoln, volume vii, (1890);
  • Barnet Schecter, The Devil's Own Work: The Civil War Draft Riots and the Fight to Reconstruct America (2005);
Mediabestanden die bij dit onderwerp horen, zijn te vinden op de pagina Draft Riots op Wikimedia Commons.
This article is issued from Wikipedia. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.