De Witte de Haelen

De Witte de Haelen (eerst ook: De Witte en De Witte de Nokere) is een geslacht waarvan leden sinds 1858 tot de Belgische adel behoren.

Geschiedenis

De stamreeks begint met Bruno de Witte die in 1753 in Ramskapelle (Nieuwpoort) werd gedoopt en in 1829 overleed. Zijn kleinzoon Louis de Witte (1822-1899) en achterkleinzoon Léon de Witte (1857-1933) waren luitenant-generaal. De eerste werd in 1858 verheven in de Belgische adel, diens zoon verkreeg in 1921 de titel van baron, overgaande bij eerstgeboorte. In 1930 en 1978 volgden nog adelsbesluiten inzake dit geslacht.

In 1928 verkreeg Léon de Witte (1857-1933), samen met twee van zijn zonen, naamstoevoeging tot de Witte de Haelen als herinnering aan de Slag bij Halen waar hij commandant was. In 1932 verkreeg jhr. Edouard de Witte (1858-1934) naamstoevoeging tot de Witte de Nokere; met zijn zoon stierf deze tak uit.

Anno 2014 waren er nog vijf mannelijke telgen in leven, de laatste geboren in 1999.

Wapenbeschrijvingen

  • 1858: De sable, au chevron d'or, accompagné de trois otelles d'argent. L'écu timbré d'un heaume d'argent, grillé et liseré d'or, fourré et attaché d'azur, aux bourrelet et hachements d'or et de sable. Cimier: une otelle de l'écu, entre un vol de sable.
  • 1921: Van sabel, met een keper van goud, vergezeld van drie otellen van zilver. Het schild voor den titularis overtopt met eene baronnenkroon en gehouden door twee ridders in vleeschkleur, in volle wapenrusting, het vizier opgelicht, houdende elk een degen van zilver, met gevest van goud, met de punt omlaag. Het schild getopt voor [de] andere nakomelingen met eenen helm van zilver, gekroond, getralied, gehalsband en omboord van goud, gevoerd en gehecht van lazuur, met dekkleeden van goud en van sabel. Helmteeken: een otel van het schild, tusschen een vlucht van sabel. Wapenspreuk: 'De par Dieu patrie d'abord' van goud, op eenen lossen band van sabel.
  • 1978: In sabel, een keper van goud, vergezeld van drie otellen van zilver. Een helm van zilver, gekroond, getralied, gesierd en omboord van goud, gevoerd en gehecht van azuur. Dekkleden: goud en sabel. Helmteken: een otel van het schild tussen een vlucht van sabel. Wapenspreuk: 'De par Dieu patrie d'abord' in letters van goud, op een lint van sabel. Bovendien voor de titularissen het schild gedekt met een baronnenkroon en gehouden door twee ridders, het gelaat van vleeskleur, in volle wapenrusting van zilver, houdend elk een zwaard van hetzelfde, met gouden gevest.

Enkele telgen

Château de Hierges (Hierges)

Louis de Witte (1822-1899), luitenant-generaal

  • Léon baron de Witte de Haelen (1857-1933), luitenant-generaal en commandant bij de Slag bij Halen
    • Jacques baron de Witte de Haelen (1900-1960), cavaleriecommandant, verkreeg in 1930 vergunning al bij leven van zijn vader de titel van baron te voeren
      • Jean-Louis baron de Witte de Haelen (1929-2012)
      • Bruno baron de Witte de Haelen (1930), chef de famille
        • Jhr. Patrick de Witte de Haelen (1958-2003)
          • Jhr. Rodolphe de Witte de Haelen (1989), vermoedelijke opvolger als chef de famille
      • Jhr. Didier de Witte de Haelen (1933-2014), topambtenaar, bewoner van het kasteel van Hierges
    • Michel baron de Witte de Haelen (1907-1993), benedictijner monnik, verkreeg in 1930 de titel van baron, overgaande bij eerstgeboorte, en in 1978 bij gebrek aan mannelijke afstammelingen zijn titel op dezelfde wijze te laten overgaan op zijn neef jhr. Bruno de Witte de Haelen (1930)
  • Jhr. Edouard de Witte de Nokere (1858-1934), inspecteur-generaal
    • Jhr. Alfred de Witte de Nokere (1880-1935), burgemeester van Nokere

Adellijke allianties

  • Bormans (1920), De Wasseige (1925), Van Tieghem de Ten Berghe (1964), Ullens de Schooten (1964), Mertens de Wilmars (1990)

Bezit

This article is issued from Wikipedia. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.