Bibliotheek van Alexandrië

De Koninklijke Bibliotheek van Alexandrië was in haar glorietijd de grootste bibliotheek van het Middellandse Zeegebied. Zij werd aan het begin van de 3e eeuw v.Chr. opgericht in de hoofdstad Alexandrië van het Grieks-Egyptische Rijk door koning Ptolemaeus II Philadelphus. Het oude Egypte van de farao's was in 333 v.Chr. veroverd door de Macedonische Grieken onder Alexander de Grote en vormde vanaf toen een kerngebied van de hellenistische wereld. Lange tijd was de bibliotheek het centrum van de Westerse kennis in de oudheid.

Het gebouw en de collectie

19de-eeuwse impressie van de oude bibliotheek van Alexandrië

Het gebouw

Ptolemeus' vader Ptolemaeus I Soter, een voormalige generaal van Alexander de Grote, had reeds een Mouseion,[1] of Tempel der 'Muzen' (= godinnen van de wetenschappen en schone kunsten), opgericht[2] en Ptolemeus wilde deze uitbreiden met een bibliotheek die de meest complete van de hellenistische wereld moest worden. Als zodanig was de bibliotheek een prestigeobject om Ptolemeus' naburige Hellenistisch-Griekse collega-koningen te overtroeven in 'grandeur'.
Er zijn geen historische bronnen voorhanden die het gebouw waarin de bibliotheek gehuisvest was, beschrijven. Ook afbeeldingen ontbreken. Dit komt doordat toenmalige chroniqueurs het overbodig vonden een destijds zo bekend bouwwerk te beschrijven. Na de verwoesting van de bibliotheek schreef Athenaeus van Naucratis: Waarom zou ik erover spreken, aangezien het in het geheugen van alle mensen gegrift staat?. Niettemin kwam de 20e-eeuwse Italiaanse classicus Luciano Canfora na onderzoek van alle beschikbare bronnen tot de volgende suggestie. De bibliotheek als onderdeel van het Mouseion bestond uit een erg lange, hoge zaal of gang. De wanden waren voorzien van eindeloos lange bibliothekai, een begrip dat verwees naar de nissen waar boekrollen bewaard werden. Boven deze nis hing de volgende tekst: "De plaats voor genezing van de ziel". Aan de andere zijde van de bibliothekai bevond zich een aantal ruimtes ingericht als werkruimte, ontmoetingsplaats of om gemeenschappelijk maaltijden te gebruiken.

Bij archeologische opgravingen door een Pools-Egyptisch team in het brucheion (koninklijke kwartier) van het antieke Alexandrië waar de bibliotheek gevestigd was, zouden in 2004 restanten van collegezalen van het Mouseion zijn gevonden. Tot nu toe zijn er 15 ruimtes blootgelegd waar aan ongeveer 5.000 studenten onderdak kon worden geboden.[3]

De collectie

De eerste bibliothecaris was Demetrios Phalerios, een student van Aristoteles. De boekencollectie van Aristoteles, die hij naar Alexandrië had meegenomen, werd het beginpunt van de nieuwe bibliotheek. De 'boekenliefde' van de opeenvolgende Ptolemaeën en hun bibliothecarissen ging zo ver dat iedere handelskaravaan en schip dat de stad aandeed werd doorzocht op nog onbekende boeken, die dan gevorderd werden. Deze werden aan de bibliotheek toegevoegd waarna de oorspronkelijke eigenaars kopieën kregen.[2] Een anekdote vertelt dat Ptolemeus zijn kopieerders naar Athene stuurde om de originele boeken van de Griekse tragedieschrijvers, die daar nog steeds bewaard werden, over te schrijven. Nadat deze hun werk gedaan hadden en teruggekeerd waren in Alexandrië, kwamen de Atheners erachter dat de bezoekers de originelen hadden meegenomen naar Egypte. In Athene waren de kopieën achtergebleven. Voor zover bekend hebben de Atheners de originelen nooit meer teruggekregen.

Naar alle windstreken, van Spanje tot India, werden opkopers gestuurd die zo veel mogelijk onbekende boeken moesten trachten te verwerven. Op het hoogtepunt in de 1e eeuw v.Chr. bevatte de bibliotheek tussen de 400.000 en 700.000 boekrollen. Tegen die tijd was de bibliotheek verspreid over verschillende gebouwen in de stad gehuisvest en behalve in het Mouseion was er ook een kleinere afdeling in het Serapeum (serapeion), en in het koninklijke paleis zelf.

De Alexandrijnse bibliotheek was opgedeeld in thematische domeinen, bedacht door haar bewaarders. Elk onderdeel groeide gestaag uit tot een veelheid aan bibliotheken, ieder gewijd aan één aspect van de wereldwijde verscheidenheid en stond zo model voor alle latere openbare bewaarplaatsen van boeken.

De betekenis van de bibliotheek

Deze inscriptie met betrekking tot Tiberius Claudius Balbillus van Rome (79 na Chr.) vermeldt "ALEXANDRINA BYBLIOTHECE" (achtste regel)

De bibliotheek als internationaal studiecentrum

Door deze concentratie van informatie over allerlei wetenschappen en kennisgebieden trok de bibliotheek bewust studenten en geleerden aan uit de hele beschaafde wereld. De bibliotheek fungeerde niet louter als de materiële bewaarplaats van het collectief geheugen maar werd uitgebouwd tot een heus studiecentrum. De Ptolemaeën nodigden daartoe vooraanstaande wetenschappers zoals Euclides en Archimedes uit om zich in Alexandrië te vestigen en te voorzien van een voorschot zonder tegenprestatie om van de bibliotheek gebruik te maken. Op deze wijze werden de teksten uit de boeken kritisch gelezen, synopsissen en compendia geschreven en doorgegeven aan nieuwe generaties. Dit was allemaal zo geregeld om het prestige van de koning nog meer te verhogen. Beroemde geleerden als Euclides, Archimedes, Heron en Eratosthenes hebben aan het Mouseion gestudeerd.

Er zijn nog een paar indexen van de bibliotheek bewaard gebleven, zodat we weten wat er zoal voor boeken bewaard werden (en wat er verloren is gegaan...). Alle Griekse tragedie- en komedieschrijvers waren compleet aanwezig, evenals alle werken van de Griekse wetenschappers en filosofen. Ook waren er in de latere periode vertalingen en originelen van alle Latijnse schrijvers. Naast de Griekse literatuur die er bewerkt werd, werd er ook veel vertaald uit de omringende andere culturen. Zo weten we dat er een compleet overzicht was van de lange geschiedenis van Mesopotamië, natuurlijk de geschiedenis van Egypte, en ook van Carthago en Fenicië. Zelfs van het verre India had men een geschiedenis vanaf de vroegste tijden toen daar de Indusbeschaving tot bloei kwam. Ook vertaalde men de religieuze geschriften van de bekende godsdiensten zoals van het zoroastrisme, het nog jonge boeddhisme, het al zeer oude hindoeïsme en ook werd er de Tenach in het Grieks vertaald, bekend geworden als de Septuaginta.

Bibliothecarissen van de Klassieke Bibliotheek[4]

  • Demetrius van Phalerum Deze richtte mede Mouseion bibliotheek in tussen 290-283
  • Zenodotus van Efese 285-270/260 Onder zijn supervisie werkte Alexander de Aetoliër aan de editie en rangschikking van tragedies, Lycrophon van Chalcidië aan de komedies
  • Callimachus 260-240 Samensteller van de Pinakes (= tabellen) van de Griekse auteurs in de bibliotheek. Het was de eerste onderwerpscatalogus in 120 papyrusrollen met een classificatie in de volgende hoofdrubrieken: retorica, recht, epiek, tragedies, komedies, lyriek, geschiedenis, filosofie, geneeskunde, mathematica, natuurwetenschappen en miscellanea (=varia).
  • Apollonius van Rhodos 240-230
  • Erathosthenes van Cyrene 235-204/195
  • Aristophanes van Byzantium 202/194-180 Reviseerde Pinakes en stelde als eerste een canon samen van Griekse schrijvers [zgn. Alexandrijnse canon] van auteurs die belangrijk genoeg geacht werden om gekopieerd te worden
  • Apollonius Eidographos 186-175
  • Aristarchos van Samothrace ? - 145 (na conflict uitgeweken naar Pergamon)
  • Kydas, bijgenaamd "van de speerdragers" 145-116
  • Onesander of Onosander van Paphos (of van Cyprus) 100-89
  • Didymus Chalcenterus 63-10
  • Chaeremon van Alexandrië 1e eeuw na Christus
  • Dionysius. Zoon van Glaucus 100-120
  • Caius Julius Vasinus 120-130
  • Diophantus 3e eeuw
  • Theon van Alexandrië 4e eeuw tot 391

Reactie: concurrentie in Pergamon

Afgunstig geworden door de roem van Ptolemeus als 'cultuurbeschermer' begon de koning van Pergamon ook met de bouw van een grote bibliotheek. Ptolemeus verbood daarop de uitvoer van papyrus, dat gangbaar was als materiaal voor boekrollen. Doordat Egypte het monopolie op de papyrusproductie had, was de koning van Pergamon gedwongen om een ander materiaal te zoeken voor zijn boeken. Dit werd uiteindelijk het geprepareerde vel van runderen en schapen, dat voortaan bekend werd onder perkament. Dit woord is waarschijnlijk afgeleid van Pergamon. In de eerste eeuwen voor Christus probeerden Alexandrië en Pergamon elkaar steeds dwars te zitten om zelf de primeur te krijgen op het gebied van zeldzame geschriften.

Betekenis voor de latere geschiedenis

Het organisatiemodel van de bibliotheek met zijn studieruimtes, leszalen en kopieerkamers was waarschijnlijk de oorsprong van het organisatiemodel voor de middeleeuwse kloosters en universiteiten. De eerste christelijke kloosters, zoals in Wadi Natroen, werden ook in Egypte gesticht waarna deze zich van hieruit verspreidden over de rest van de christelijke wereld.

De hedendaagse wiskunde is grotendeels gebouwd op de axioma's en vondsten vastgelegd in de ptolemaeïsche bibliotheek. Ook de fysische deelgebieden als astronomie, mechanica, pneumatica en optica werden begonnen in Alexandrië en verder ontwikkeld gedurende de Romeinse en middeleeuwse tijd. Ook disciplines als de grammatica en tekstkritiek stammen uit Alexandrië. De conclusie kan getrokken worden dat, hoewel bijna alle werken over geschiedenis, occultisme, 'heidense' religie en seculiere literatuur als poëzie en toneelspelen verloren zijn gegaan, er nog opmerkelijk veel bewaard is gebleven. Met name via middeleeuwse islamitische geleerden, zoals via het Huis der Wijsheid in Bagdad, is veel kennis bewaard gebleven.

Daarnaast werd wat aan onder andere wiskunde, fysica en biologische kennis verloren is gegaan later opnieuw ontdekt. Het heersende gevoel dat er met de verdwijning van de bibliotheek een enorme ramp plaatsvond voor de wetenschap is eigenlijk alleen waar voor historici, omdat van de geschiedschrijving uit de oudheid en de antieke literatuur inderdaad niet veel doorgegeven is naar de moderne tijd.

Alexandrië, een mythische betekenis

De bibliotheek van Alexandrië, haar groei en verval, staat model voor het ordenen van kennis uit schriftelijke bronnen en als zodanig voor alle vormen van georganiseerd verzamelen van boeken tot aan een privé-bibliotheek toe.

Tegenwoordig wordt ook geschreven informatie uit elektronische bronnen verzameld en georganiseerd.

De neergang van de bibliotheek

De langzame teloorgang

Bibliotheken waren altijd al kwetsbaar voor brand of werden het voorwerp van georganiseerde boekverbranding. De bibliotheek van Alexandrië was hierop geen uitzondering. Zoals niet duidelijk is hoe de bibliotheek eruitzag, weten wij evenmin iets zeker over de verdwijning ervan, en of die plotseling of geleidelijk verliep.

De eerste (bekende) gedeeltelijke verwoesting was door de brand die uitbrak bij het beleg van Alexandrië door de Romein Julius Caesar in 48 v.Chr.. Maar waarschijnlijk was de bibliotheek zelf niet ernstig getroffen en was het getal dat in de bronnen genoemd wordt van circa 40.000 boeken die verbrandden, het aantal kopieën dat opgeslagen was in de haven en voor de export bedoeld. Dit verlies werd door Marcus Antonius goedgemaakt door aan zijn geliefde Cleopatra de bibliotheek van Pergamon te schenken die inmiddels een indrukwekkend aantal van 200.000 boekrollen telde. Wat de inwoners van Pergamon daarvan vonden wordt niet vermeld. Door de verdwijning van de dynastie der Ptolemaeën met de dood van Cleopatra en de inlijving van Egypte bij het Romeinse Rijk omstreeks 30 v.Chr. was echter de belangrijkste geldbron voor de bibliotheek verdwenen. De Romeinse gouverneurs die Egypte voortaan bestuurden waren over het algemeen niet geïnteresseerd in geldelijke steun voor de bibliotheek van de Ptolemaeën en lieten dit over aan rijke bibliofielen. Sommige keizers, zoals Augustus en Claudius, schijnen nog grote schenkingen aan boeken en geld voor renovatie te hebben gedaan, maar dat waren uitzonderingen.

Hierdoor werd de collectie toch steeds meer verwaarloosd. Het handmatige en dus dure kopiëren van versleten boeken bleef steeds meer achterwege. Ook de verwerving van nieuwe exemplaren kwam grotendeels tot stilstand. In de volgende eeuwen kwamen ook geregeld kleine en grote branden voor in het dikwijls onrustige Alexandrië. Omdat de grote bevolking, bestaande uit allerlei etnisch en godsdienstig verschillende mensen, vaak in onderlinge strijd verwikkeld was, greep het leger soms op gewelddadige wijze in met alle desastreuze gevolgen van dien. Deze 'burgeroorlogen' werden in toenemende mate mede veroorzaakt door het groeiende christendom, dat steeds fanatieker werd in het bestrijden van 'heidense' symbolen zoals tempels, godenbeelden en wereldse literatuur. Doordat er nu ook geen geregelde aanvulling meer kwam voor de collectie en bijna geen onderhoud meer, smolt als het ware onafwendbaar het aantal boeken weg door slijtage, diefstal en vandalisme.

Hypatia

De laatste bekende geleerde die in de bibliotheek werkte was Hypatia, een vrouwelijke wiskundige, sterrenkundige, natuurkundige en hoofd van de neoplatoonse filosofische school. Ze was geboren in Alexandrië in 370 na Chr. toen de Romeinen heersten over Egypte. In een tijd waarin de vrouwen nog gezien werden als bezit was zij onafhankelijk en een grote uitzondering. Hypatia was geen christen en kreeg steeds meer last van heidenenvervolging door de opkomende christenen in de stad. De overwegende mening is dat aan de voorbeeldig geënsceneerde heidenenvervolging van Hypatia een sluimerend conflict tussen het hoofd van de stad Orestes en de later heilig verklaarde bisschop Cyrillus van Alexandrië ten grondslag lag.

Ook was Hypatia in haar tijd een symbool van geleerdheid en wetenschap. Wetenschap werd door de christenen echter gezien als heidens en niet in overeenstemming met de leer van de Bijbel. In 415 werd Hypatia door fanatieke en opgejutte christenen overvallen en gelyncht. Ze trokken haar van haar wagen af, scheurden haar de kleren van het lijf en stenigden haar.

Hypatia werd het symbool voor de wetenschapper die alles in vrijheid wil onderzoeken en die zich niet wil onderwerpen aan bijgeloof en fanatisme.[5]

Het einde van de bibliotheek

Het is niet bekend of er een specifieke gebeurtenis is aan te wijzen die verantwoordelijk is voor het einde van de bibliotheek. Er zijn verschillende (mogelijke) verklaringen in omloop:

  • Vernietiging door Julius Caesar toen hij Egypte bezette. Dit lijkt onwaarschijnlijk omdat er tot in de vierde eeuw berichten zijn over de bibliotheek.
  • Een andere verklaring is de vernietiging van de bibliotheek door christelijke monniken die buiten de stad in de woestijn woonden, onder andere in Wadi Natroen, tegen het eind van de 4e eeuw.[6]
  • In 391 gaf keizer Theodosius I een edict uit waarin de Romeinse tempels tot verboden terrein werden verklaard. Enkele maanden later herhaalde Theodosius dit edict en richtte het nu speciaal op Egypte. Groepen monniken onder leiding van patriarch Theophilus van Alexandrië vielen in de zomer van 391 het nabijgelegen Serapeum aan en vernietigden de tempel. Waarschijnlijk is ook de boekencollectie van de bibliotheek verbrand. Hierbij moet wel worden opgemerkt dat Theodosius geen toestemming had gegeven om de oude tempels af te breken.[7]
  • Uit 399 stamt een Romeinse wet die opdroeg om de Romeinse tempels niet alleen te mijden maar ook te verwoesten.[7]
  • Of in het jaar 642 door de Arabieren onder kalief Omar toen hij Egypte veroverde. Volgens de legende gaf hij de volgende order, ingegeven door generaal Amr ibn al-As: "Ofwel zijn de boeken in strijd met de Koran en in dat geval is het ketterij, en anders zijn ze in overeenstemming met de Koran en dus overbodig." De boekrollen zouden toen het slachtoffer worden van een boekverbranding en als brandstof voor de badhuizen gebruikt zijn. De gehele inhoud, behalve de werken van Aristoteles, zou zijn vernietigd.
  • Er zijn ook enkele vage berichten dat een aanzienlijk deel van de overgebleven boeken in de loop der tijd naar Constantinopel is verscheept om de keizerlijke bibliotheek aldaar aan te vullen.

De moderne Bibliotheek van Alexandrië

Exterieur en interieur van de Bibliotheca Alexandrina

Hoewel in Alexandrië alweer geruime tijd een bibliotheek is voor de plaatselijke universiteit heeft deze niet de bekendheid en kwaliteit van de vroegere hellenistische. Daarom ontstond er sinds de jaren 60, met steun van de Egyptische regering, een initiatief om een nieuw studiecentrum en bijbehorende bibliotheek te stichten die het belang van de oude bibliotheek moest evenaren. In de jaren 90 werd met de bouw begonnen vlak bij de vestigingsplaats van de beroemde oude bibliotheek en in 2003 werd een nieuwe uiterst moderne bibliotheek geopend: de Bibliotheca Alexandrina. Dit werd mogelijk door schenkingen uit de collecties van grote bibliotheken in Amerika en Europa. Ook kreeg de nieuwe bibliotheek steun van onder andere de UNESCO en grote donaties aan geld en zeldzame manuscripten uit de Arabische wereld die ook graag een internationaal belangrijk studiecentrum in het Midden-Oosten zien. Ook de huidige Egyptische regering wil hiermee iets van de vergane glorie van de vroegere bibliotheek herstellen. In de bibliotheek bevindt zich ook een grote server waarop een, steeds actueel gehouden, kopie van het internetarchief draait. Ook is de bibliotheek een belangrijk knooppunt in het internet voor de regio. Hiermee komt men weer in de buurt van het Ptolemaeïsche ideaal om alle menselijke kennis te verzamelen en toegankelijk te maken.

Zie de categorie Library of Alexandria van Wikimedia Commons voor mediabestanden over dit onderwerp.

This article is issued from Wikipedia. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.