Peking

Peking of Beijing (Chinees: 北京; pinyin: Běijīng;  [peɪ˨˩ tɕɪŋ˥˥] (info / uitleg)) is de hoofdstad van China. De stad is reeds sinds de stichting van de Qing-dynastie in 1644 de hoofdstad van China, met uitzondering van de periode 1928-1949, toen Nanjing de hoofdstad was.

Peking
北京 / Běijīng
Situering
Autonome stadPeking
Coördinaten39°54'18"NB, 116°23'29"OL
Algemeen
Oppervlakte16808 km²
Inwoners (2010)19.612.368
Hoogte43,5 m
BurgemeesterGuo Jinlong (郭金龙)
Overig
Postcode100000 t/m 102599
Netnummer010
Websiteebeijing.gov.cn
Foto's
Portaal    China
Peking
Naam (taalvarianten)
Vereenvoudigd 北京
Traditioneel 北京
Pinyin Běijīng
Wade-Giles Pei-ching
Jyutping (Standaardkantonees) bak1 ging1
Gwoyeu Romatzyh Beeijing
Standaardkantonees Pák Kíng
Yale (Standaardkantonees) bak1 ging1
Dapenghua Pák Káng
Taiwan-Hakka Pet-kîn
Peng'im (Chaozhouhua) bak4 gian1
Minnanyu Pak-kiaⁿ
Mindong Báe̤k-gĭng
Shanghainees [poʔ ʨiŋ]
Keizerlijke paleizen van de Ming-en Qing-dynastieën in Peking en Shenyang
Werelderfgoed cultuur
Land China
UNESCO-regioAzië en de Grote Oceaan
Criteriai, ii, iii, iv
Inschrijvingsverloop
UNESCO-volgnr.439
Inschrijving1987 (11e sessie)
Uitbreiding2004
UNESCO-werelderfgoedlijst

Samen met Chongqing, Shanghai, Tianjin en Guangzhou is Beijing een van de vijf Chinese stadsprovincies die dezelfde status hebben als een Chinese provincie. De stadsprovincie Beijing wordt geheel omgeven door de provincie Hebei, behalve in het zuidoosten, waar Beijing grenst aan de stadsprovincie Tianjin.

Beijing is met een inwonertal van net geen 20 miljoen (volkstelling 2010) een van de grootste steden van de Volksrepubliek en van de gehele wereld. Beijing wordt vooral gezien als het belangrijkste centrum voor bestuur, onderwijs en cultuur. De stad is daarnaast een belangrijk knooppunt voor verschillende vormen van vervoer met vele spoorwegen, autowegen en autosnelwegen die in en uit de stad gaan.

Beijing is, samen met Luoyang, Nanjing en Xi'an, een van de vier historische hoofdsteden van China.

Namen

In lijn met de tradities die gelden in Oost-Azië, waar de naamgeving 'hoofdstad' expliciet in de naam van de stad voorkomt, is Peking als zodanig benoemd. Beijing (北京) betekent "noordelijke hoofdstad" (北 (běi) = noorden; 京 (jīng) = hoofdstad), in tegenstelling tot Nanjing (南京), dat "zuidelijke hoofdstad" betekent. Tonkin (het huidige Hanoi) en Tokio, betekenen beide "oostelijke hoofdstad". Kioto (京都) in Japan en Gyeongseong (京城; het huidige Seoel) in Zuid-Korea, betekenen beide simpelweg "hoofdstad".

De naam Peking vindt zijn oorsprong bij een groep Franse missionarissen in het begin van de 17e eeuw: het is de naam voor de hoofdstad in de taal Yue (Kantonees). Het correspondeert met een archaïsche uitspraak die geen rekening houdt met de klankverandering van 'k' naar 'j' in Mandarijn, die optrad gedurende de Qing-dynastie. In de Nederlandse taal is Peking het woord voor deze stad, maar steeds vaker wordt ook de naam Beijing gebruikt.[1]

In China heeft de stad vele namen gehad. Tussen 1928 en 1949, stond de stad bekend als Beiping (Chinees: 北平; Pinyin: Běipíng; Wade-Giles: Pei-p'ing) of "Noordelijke Vrede"; destijds meestal Peiping geschreven. De naam werd veranderd omdat de regering van de Kwomintang de hoofdstad verplaatste naar Nanjing, waardoor Peking niet langer de hoofdstad van China was. Ook werd ermee aangegeven dat de regering gevormd door krijgsheren niet de legitieme regering van China was.

In 1949 werd de naam Beijing hersteld door de Communistische Partij van China om aan te geven dat de stad weer de hoofdstad van China was. De regering van de Republiek China op het eiland Taiwan heeft dit formeel nooit erkend omdat zij zich zag als de legitieme vertegenwoordiger van heel China, en tot diep in de twintigste eeuw was het heel gebruikelijk dat er in Taiwan gesproken werd over Beiping.

Yanjing (Chinees: 燕京; Pinyin: Yānjīnɡ; Wade-Giles: Yen-ching) is en was een andere populaire naam voor Peking, het is een referentie aan de oude staat Yan die bestond tijdens de Zhou-dynastie. Deze naam komt terug in het lokaal gebrouwen Yanjing-bier en in de Yenching-academie, een college van de universiteit van Peking.

Peking werd door Marco Polo aangeduid met Cambaluc (Khanbalik).

Geschiedenis

Er waren al steden in de buurt van Peking in het 1e millennium v.Chr. De hoofdstad van de staat Yan (燕), een van de machten tijdens de Periode van de Strijdende Staten, werd gesticht te Ji (T: 薊 / S: 蓟), nabij het moderne Peking. Ji wordt vaak gezien als het begin van Peking, maar voor de 6e eeuw werd de stad verlaten. De exacte locatie van de stad is tot op heden onbekend, hoewel er veel moeite is gestoken in het vinden van de plaats.

Gedurende de Sui- en Tang-dynastieën, bestonden er enkele kleine nederzettingen in de buurt van het huidige Peking. Vele oude dichters kwamen hierheen om te rouwen om het verlies van Ji.

In 936, tijdens de Late Jin-dynastie (regeerperiode 936-947) stond de dynastie een deel van Noord-China (inclusief een groot deel van de noordelijke grens en het huidige Peking) af aan de Khitan Liao-dynastie. In 938 zette deze dynastie een tweede hoofdstad op in wat nu Peking is. In 1125 annexeerden de Jurchen het gebied. De hoofdstad van de Jin-dynastie werd in 1153 verplaatst naar de voormalige hoofdstad van de Liao, waarbij de naam werd gewijzigd in Zhongdu (中都), of "de centrale hoofdstad".

Mongoolse troepen brandden de stad Zhongdu tot de grond toe af in 1215 en herbouwden op deze plek hun "grote hoofdstad", Dadu (大都, Wade-Giles: Ta-tu), in 1267, wat het begin is van het huidige Peking. De Mongoolse heerser, Koeblai Khan, die keizer van China wilde worden, vestigde in Dadu, dat dicht tegen zijn machtsbasis in Mongolië lag, zijn hoofdstad. Dadu was gelegen ten noorden van het moderne Peking. Het centrum lag bij het noordelijke stuk van de tweede ringweg, en strekte zich in noordelijke richting uit naar de derde en vierde ringweg. Resten van de stadsmuur uit de Mongoolse tijd staan nu nog overeind.

Cambaluc of Chan-Balik ("Stad van de Heerser"; 汗八力) is de naam waar het huidige Peking onder bekendstond tijdens de Mongoolse overheersing van China. Veroverd in 1215 door Dzjengis Khan, werd het in 1284 door Koeblai Khan tot hoofdstad van het rijk gemaakt en bleef dat tot 1368, toen de Mongolen verdreven werden door de Ming-dynastie.

De stad stond in het Chinees bekend als Dadu, de "Grote Hoofdstad", en is beschreven door Marco Polo. Het was toen een van de grootste steden ter wereld, met vermoedelijk een paar miljoen inwoners. Cambaluc of Cambalu is de westerse verbastering van de oorspronkelijke Mongoolse naam, welke laatste in Mongolië nog steeds voor Peking gebruikt wordt. In 1307 werd het een bisschopszetel.

In 1403 verplaatste de derde Ming-keizer Yongle (朱棣) de hoofdstad van Nanjing naar Peking. Hij gaf de stad ook zijn huidige naam. De huidige vorm van de binnenstad werd eveneens gelegd door de Ming-dynastie. De stadsmuur uit het Ming-tijdperk liep op de plaats wat nu de tweede ringweg is.

Ligging van de Verboden stad in het vroegere Peking

De Verboden Stad (Zijin Cheng) werd gebouwd tussen 1406 en 1420, gevolgd door de Hemeltempel (1420) en verscheidene andere bouwwerken. Tiananmen (Poort van de Hemelse Vrede), wat het staatssymbool van de Volksrepubliek is, brandde tot twee keer toe af. De laatste keer werd het herbouwd in 1651.

Peking bleef de hoofdstad van het Keizerrijk China, ook nadat de Mantsjoes de Ming-dynastie omver geworpen hadden en hun eigen Qing-dynastie stichtten.

Na de revolutie in 1911, gericht om het feodale keizerrijk om te vormen tot een republiek, zou oorspronkelijk de hoofdstad worden verplaatst naar Nanjing. Nadat de hoge Qing-officier Yuan Shikai de laatste Qing-keizer (Pu Yi) tot aftreden had gedwongen, en hiermee het succes van de revolutie had verzekerd, accepteerden de revolutionairen in Nanjing dat hij president van de Republiek China werd, en dat de hoofdstad Peking zou blijven.

De staatsman Yuan consolideerde meer en meer macht, wat in 1915 uitmondde in een kortstondig nieuw keizerrijk onder zijn leiding. Deze gebeurtenis was erg impopulair. Zijn bewind viel echter met zijn dood in 1916. Hierna grepen in China de krijgsheren de macht en vochten onderling verschillende oorlogen uit die ook Peking bedreigden.

Na het succes van de Noordelijke expeditie door de Kwomintang, waarbij de noordelijke krijgsheren werden gepacificeerd, werd Nanjing in 1928 officieel de hoofdstad van de Republiek China, waarmee de naam Beijing werd veranderd in Beiping.

Tijdens de Tweede Chinees-Japanse Oorlog, viel Beiping in Japanse handen op 29 juli 1937. Tijdens de bezetting werd de stad weer aangeduid met Peking, en het werd het bestuurlijk centrum van de Voorlopige Regering van de Republiek China, een vazalstaat bestuurd door Japan dat de bezette gebieden bestuurde in Noord-China. Met de overgave van Japan op 15 augustus 1945 werd het bestaan van Japans-China beëindigd en werd de naam weer Beiping.

Op 31 januari 1949, tijdens de Chinese Burgeroorlog, veroverden de Communistische strijdkrachten Beiping zonder gevechten de stad. Op 1 oktober van dat jaar riep de Communistische Partij van China, onder leiding van Mao Zedong, de Volksrepubliek China uit vanaf de Poort van de Hemelse Vrede (Tiananmen). Enkele dagen daarvoor was Beiping gekozen tot hoofdstad, waarmee de oude naam Beijing (Peking) in ere werd hersteld.

Klimaat

Beijing kent een warm landklimaat met korte maar ijzige winters. Dat komt mede doordat er koude winden uit Siberië overwaaien. De lente begint er vroeg en een hete zomer met uitschieters boven de 40°c is geen uitzondering.

Weergemiddelden voor Peking, China
Maand jan feb mrt apr mei jun jul aug sep okt nov dec Jaar
Hoogste maximum (°C) 14,3 19,8 29,5 33,0 41,1 40,6 41,9 38,3 35,0 31,0 23,3 19,5 41,9
Gemiddeld maximum (°C) 1,8 5,0 11,6 20,3 26,0 30,2 30,9 29,7 25,8 19,1 10,1 3,7 17,9
Gemiddeld minimum (°C) −8,4 −5,6 0,4 7,9 13,6 18,8 22,0 20,8 14,8 7,9 0,0 −5,8 7,2
Laagste minimum (°C) −22,8 −27,4 −15,0 −3,2 2,5 9,8 15,3 11,4 3,7 −3,5 −12,3 −18,3 −27,4
Neerslag (mm) 3 5 8 21 34 78 185 160 46 22 7 3 572
Bron: WeerOpReis.com[2]

Indeling van de stad

Bestuurlijke indeling van de gemeente Peking

 Binnen de tweede ringweg (stadscentrum)

 Buiten de tweede ringweg

 Buitenwijken

 Landelijke gebieden

Boekwinkel in Xidan
Het gebied Beijing CBD
De Wangfujing-kathedraal

Buurten

Noot: Men (门) betekent "poort", terwijl de letterlijke betekenis van cun (村) "dorp" is.

Belangrijke buurten in het stedelijk gebied (urban Beijing) zijn onder andere:

  • Andingmen 安定门
  • Beiyuan 北苑
  • Chaoyangmen 朝阳门
  • Dongzhimen 东直门
  • Fangzhuang 方庄
  • Fuchengmen 阜成门
  • Fuxingmen 复兴门
  • Guomao 国贸
  • Hepingli 和平里
  • Wangjing 望京
  • Wangfujing 王府井
  • Wudaokou 五道口
  • Xidan 西单
  • Yayuncun 亚运村
  • Zhongguancun 中关村

NB: Buurten kunnen enkele districten omvatten (voor de districten zie onder)

Steden

Steden binnen de gemeente Peking (北京市), maar buiten het stedelijk gebied zijn:

  • Changping 昌平
  • Huairou 怀柔
  • Miyun 密云
  • Liangxiang 良乡
  • Liulimiao 琉璃庙
  • Tongzhou 通州
  • Yizhuang 亦庄

Bestuurlijke gebieden

De gemeente Peking bestaat uit zestien districten en twee arrondissimenten.

De districten zijn verdeeld in acht stedelijke en acht suburbane districten.

De stedelijke districten zijn:

De overige acht zijn verder buiten het stadscentrum gelegen en omvatten voorsteden, satellietsteden en enkele plattelandsgebieden:

  • Mentougou (门头沟区: Méntóugōu Qū)
  • Fangshan (房山区: Fángshān Qū) — arrondissement Fangshan tot 1986
  • Tongzhou (通州区: Tōngzhōu Qū) — arrondissement Tong tot 1997
  • Shunyi (顺义区: Shùnyì Qū) — arrondissement Shunyi tot 1998
  • Changping (昌平区: Chāngpíng Qū) — arrondissement Changping tot 1999
  • Daxing (大兴区: Dàxīng Qū) — arrondissement Daxing tot 2001
  • Pinggu (平谷区: Pínggǔ Qū) — arrondissement Pinggu tot 2001
  • Huairou (怀柔区: Huáiróu Qū) — arrondissement Huairou tot 2001

De twee county's van Peking besturen de gebieden aan de uiterste grenzen van de gemeente, deze zijn:

  • Miyun County (密云县: Mìyún Xiàn)
  • Yanqing County (延庆县: Yánqìng Xiàn)

Deze 18 bestuurlijke gebieden worden nog verder onderverdeeld in 273 administratieve eenheden op gemeente niveau: (119 grote gemeentes, 24 gemeentes, 5 etnische gemeentes' en 125 subdistricten.

Hutongs

Een binnenplaats van een hutong

Hutongs (胡同), wat letterlijk steegjes betekent, zijn opgebouwd uit siheyuans (四合院). Een siheyuan is een gebouwencomplex van vier gebouwen (woningen met meerdere gezinnen, werkplaatsen en winkeltjes) rond een centraal pleintje, omgeven door een muur. De wegen in een hutong zijn vaak oost-west aangelegd, zodat de deuren in een noord-zuidrichting geplaatst kunnen worden. Deze bouwwijze komt voort uit de filosofie Feng Shui en is ook toegepast bij de bouw van de Verboden Stad.

Vroeger waren ze talrijk, maar de siheyuans en hutongs verdwijnen in een hoog tempo. De vrijgekomen grond wordt volgebouwd met hoogbouw. De inwoners van de steegjes wordt vervangende woonruimte geboden in appartementencomplexen, minimaal het aantal vierkante meters dat de oude woning groot geweest is. Velen klagen echter dat de traditionele gemeenschapszin van de hutong in deze grote complexen verdwijnt. Met het oog op de Olympische Zomerspelen van 2008 worden deze oude en gezichtsbepalende buurten afgebroken of verborgen achter muren, de regering vindt de hutongs een schande voor Peking. Er blijven er wel enkele (2 tot 3) hutongs over om te dienen als openluchtmuseum. Zo wordt bijvoorbeeld de hutong in Nanchizi gespaard. Toeristen worden met een riksja langs de overgebleven hutongs gevoerd.

Demografie

Het gebied in de buurt van Wangjing in Chaoyang, staat bekend om zijn hoge concentratie Zuid-Koreaanse expats
Bevolkingsontwikkeling van Peking

Bevolking

De bevolking van de gemeente Peking bedraagt 19,6 miljoen inwoners volgens de census van 2010. Bij de cijfers van 2000 ging het nog maar om bijna 15 miljoen legale en een onbekend aantal illegale bewoners, schattingen van lokale deskundigen liepen toen nog uiteen van 16 tot 18 miljoen inwoners. De definitie van inwoner van Peking wordt gerelateerd aan mensen die zes of meer maanden per jaar legaal in Peking wonen. In de stedelijke gebieden woonden in 2000 12 miljoen mensen, de rest woont op het platteland. Er waren toen 11,6 miljoen permanente vestigingsvergunningen (hukou) door de overheid verstrekt. De rest van de legale inwoners heeft tijdelijke vestigingspapieren.

Meer dan 95% van de bevolking van Peking wordt gevormd door Han-Chinezen. Kleinere groepen van Mantsjoes, Hui en Mongolen wonen in Peking. Recentelijk zijn grote groepen buitenlandse arbeiders (de expatriates) uit Zuid-Korea in Peking gaan wonen, voornamelijk voor handel en studie. Het merendeel woont in de buurten Wangjing en Wudaokou. Er bestaat in Peking een Tibetaanse school voor mensen met Tibetaanse afstamming.

Etnische groepen in Peking (2000)
NationaliteitInwoneraantalPercentage1
Han-Chinezen12.983.69695,69%
Mantsjoes250.2861,84%
Hui235.8371,74%
Mongolen37.4640,283%
Koreanen20.3690,15%
Tujia8.3720,062%
Zhuang7.3220,054%
Hmong5.2910,039%
Oeigoeren3.1290,023%
Tibetanen2.9200,022%

Bron: 2000年人口普查中国民族人口资料,民族出版社,2003/9 (ISBN 7-105-05425-5)
1: Alleen staatsburgers van de Volksrepubliek China. Bevat niet het aantal leden van het Volksbevrijdingsleger in actieve dienst.

Taal

Het Beijinghua wordt het meest gesproken in het stedelijk gebied van Beijing. Het is de basis voor de standaardtaal van China: het Standaardmandarijn. Hoewel het dialect van Beijing en het Standaardmandarijn veel op elkaar lijken, zijn er toch duidelijke verschillen die voor Chinezen makkelijk herkenbaar zijn.

Toerisme/bezienswaardigheden

Tempel van de Hemel

Ondanks het roerige bestaan van Peking in de 19e en 20e eeuw — inclusief schade veroorzaakt door de Tweede Opiumoorlog, de Tweede Chinees-Japanse Oorlog, de Culturele Revolutie en de recente urbanisatie en afbraak van de hutongs, heeft Peking nog vele toeristische attracties die rijk aan historie zijn.

Gebouwen, monumenten en bekende plaatsen

Tempels, kathedralen en moskeeën

Wansongpagode

Parken en tuinen

Winkelen en handel

  • Wangfujing
  • Xidan
  • Beijing Central Business District
  • Beijing Financial Street
  • Zhongguancun
  • Yizhuang

Cultuur

De Verboden Stad huisvest tegenwoordig het Paleismuseum

Musea

Children's Palace

Getalenteerde kinderen mogen al op jeugdige leeftijd extra lessen krijgen in het Children's Palace. Ze komen hier na school, ook in de weekends. Er wordt les gegeven in muziek (zang, viool), ballet, toneel, kalligraferen, tekenen, schilderen, sport en diverse technische vakken. Er is ook een Children's Palace in Shanghai.

Eten en drinken

Thee speelt net als in heel China in Peking een belangrijke rol. Thee heeft veel positieve eigenschappen voor de gezondheid. In Peking bevinden zich veel theehuizen, waar verschillende soorten thee kunnen worden gedronken, op de traditionele manier bereid.

In Peking worden de gerechten bereid volgens de Mandarijnse keuken. Pekingeend is een lokaal beroemd gerecht, dat inmiddels over de gehele wereld in Chinese restaurants kan worden gegeten. Een ander bekend gerecht is het Manhan Quanxi ("Mantsjoe-Han-chinees banket"), wat een traditioneel banket is van de Mantsjoekeizers van de Qing-dynastie; ook tegenwoordig blijft het copieus (en zeer prijzig).

Economie

Grote bedrijven vestigen ook hun buitenlandse werknemers in Peking. Zij leven vooral in het stedelijk gebied in het noorden, noordoosten en oosten. Het zuiden en zuidwesten van Peking zijn veel minder bewoond.

Ten tijde van de vorming van de Volksrepubliek bestond Peking alleen uit het stadscentrum en enkele voorsteden in onmiddellijke nabijheid van de stad. Het stadscentrum was verdeeld in vele kleine districten. Dit gebied ligt geheel binnen de Tweede ringweg van Peking en de Derde ringweg van Peking. Sindsdien zijn vele county's buiten de stad geannexeerd door de gemeente Peking om de stad zijn huidige oppervlak te geven.

Volgend op de economische hervormingen die zijn doorgevoerd onder leiding van Deng Xiaoping, is het stadscentrum van Peking erg uitgebreid. Het oorspronkelijke stedelijk gebied van Peking strekt zich nu uit tot de Vijfde ringweg van Peking.

In en rond het gebied Guomao is het zakendistrict Beijing CBD ontwikkeld; de Beijing Financial Street is een omvangrijk financieel centrum. Wangfujing en Xidan zijn uitgegroeid tot bloeiende winkelgebieden, terwijl Zhongguancun een belangrijk fabricagecentrum is van elektronica.

Recentelijk heeft de expansie van Peking ook problemen naar voren gebracht, zoals urbanisatie, veel verkeer, slechte luchtkwaliteit, verlies aan historische buurten en immigratie uit armere delen van China. Begin 2005 werd er echter een plan aangenomen om de ongebreidelde uitbreiding van Peking in alle richtingen te stoppen. Thans wordt gedacht aan inbreilocaties net buiten het stadscentrum.

Verkeer en vervoer

Het hoofdstation van Peking

Met de groei van de stad door de economische hervormingen van Deng Xiaoping, is Peking uitgegroeid tot hét verkeersknooppunt van China. In en rond de stad zijn 5 ringwegen (genummerd van 2 tot en met 6; ringweg 1 bestaat niet meer), 9 autosnelwegen en stadssnelwegen, 11 nationale wegen, 7 spoorroutes en een internationaal vliegveld aangelegd.

Spoorwegen

Peking is een van de grootste knooppunten van de Chinese spoorwegen. Vanuit Peking beginnen acht reguliere spoorlijnen: Peking -Shanhai (Jinghu), Peking – Guangzhou (Jingguang), Peking – Kowloon (Jingjiu), Peking - Harbin (Jingha), Peking - Baotou (Jingbao), Peking - Qinhuangdao (Jingqin), Peking – Chengde (Jingcheng) en Peking – Yuanping (Jingyuan). Daarnaast heeft Peking drie hogesnelheidslijnen: de hogesnelheidslijn Peking-Shanghai, in dienst sinds 2011, de hogesnelheidslijn Peking-Hongkong die commercieel uitgebaat wordt sinds 2012, en de Peking - Tianjin hogesneldheidlijn, die werd geopend in 2008.[3] Deze lijn was bij de opening op 1 augustus 2008 met 350 km/uur de snelste hogesneldheidslijn ter wereld.

De belangrijkste stations van Peking zijn het Centraal Station, geopend in 1959, station Peking West, geopend in 1996, en station Peking Zuid, dat werd herbouwd in 2008 ten behoeve van de hogesnelheidslijn. Op 1 juli 2010 stopten er dagelijks resprectievelijk 173, 232 en 163 treinen. Ter vergelijking het station Peking Noord dat gebouwd is in 1909 en uitgebreid is in 2009 heeft per dag maar 22 treinen.

Kleinere stations in de stad zijn onder andere station Peking Oost en station Qinghuayuan en handelen voornamelijk het woon-werkverkeer af. Station Fengtai is gesloten voor renovatie. De buitenwijken en omliggende gebieden van Peking hebben ruim 40 stations.[4]

Wegen en snelwegen

Files zijn in Peking niet uitzonderlijk

Het Plein van de Hemelse Vrede wordt in China gezien als "kilometer 0" voor alle wegen. Rond de stad zijn 9 autosnelwegen en 11 autowegen aangelegd. Op dit moment wordt er gestudeerd of gebouwd aan nog eens 6 autosnelwegen. Binnen de agglomeratie Peking liggen 5 ringwegen (ze zijn echter eerder vierkant dan rond aangelegd).

Een van de grootste problemen van Peking zijn de permanente files die de stad teisteren. In 2012 telde de stad al vier miljoen personenauto's. In het stadscentrum staat in de spits het verkeer vaak muurvast. Zelfs buiten de spits blijven veel wegen erg druk met verkeer. De ringwegen en Chang'an Jie zijn hierom berucht.

De wegen staan ook bekend om de slechte handhaving van de verkeersregels en het horkerige verkeersgedrag door automobilisten. In het centrum zijn busbanen aangelegd om de bussen sneller door het verkeer te laten stromen.

Vanuit Peking vertrekt onder meer de nationale weg G109.

Luchtverkeer

De luchthaven Peking Capital is het belangrijkste vliegveld van de stad

Het internationale vliegveld van Peking is het luchthaven Peking Capital (afkorting: PEK), dat ten noordoosten van het stadscentrum ligt. Het vliegveld wordt met de stad verbonden door o.a. de Airport Expressway (tolweg). Een rit met de taxi of auto duurt vanaf het stadscentrum 40-60 minuten, afhankelijk van de drukte in het centrum. In voorbereiding op de Olympische Zomerspelen van 2008 werd een extra autosnelweg en een lightrailsysteem aangelegd.

Andere vliegvelden in Peking zijn onder andere Liangxiang Airport, Daxing Airport, Xijiao Airport, Shahe Airport en Badaling Airport. Nanyuan Airport sloot als burgerluchtvaartvliegveld bij de opening van Daxing, maar is nog een vliegbasis. Capital en Daxing zijn de enige twee openbare vliegvelden, de andere zijn bedoeld voor militair gebruik ter verdediging van de hoofdstad.

Openbaar vervoer

Een ander probleem dat de verkeersopstoppingen veroorzaakt is dat het autoverkeer sneller groeit dan het openbaar vervoer. Er wordt wel fors geïnvesteerd in uitbreiding van het metronet met een jaarlijkse groei van tientallen stations. In deze metropool, die inmiddels meer inwoners telt dan geheel Nederland, zijn nu 17 metrolijnen, en er zijn verlengingen en nieuwe lijnen in aanbouw om het grote aantal mensen te kunnen verwerken en een groot aantal (ca. 600) (trolley)buslijnen.[5]

Het openbaar vervoer wordt dus sterk uitgebreid. De metro van Peking bestaat nu uit zeventien lijnen. En er is een metroshuttle van en naar de Internationale luchthaven die direct verbonden is met het reguliere metronet. Er zijn voor de Olympische Spelen metrolijnen (lijn 10 & 8) gebouwd naar het Olympisch Park (waar het Nationaal Stadion van Peking staat). Taxi's zijn goed vertegenwoordigd aangezien het voor buitenlanders onverstandig is om hier in een auto rond te rijden. Maar buitenlanders kunnen wel fietsen. Er zijn hiervoor zelfs speciale fietsroutes ontwikkeld. De huurprijzen kunnen sterk variëren. In een hutong kan al een fiets worden gehuurd voor ¥20 (of 20 Renminbi). Dit is ongeveer 3 euro voor een hele dag.

Tarieven in de (trolley)bus is ¥1 voor de stad, en iets meer voor daarbuiten. Metrokaartjes kosten voor alle lijnen ¥3 voor een enkele reis, verder kan je voor alle lijnen en bus voor ¥20 een IC-kaart kopen, dat is een kaart die vergelijkbaar is met de OV-chipkaart.

Taxiprijzen beginnen met een starttarief van 10 yuan en na een bepaalde afstand wordt de prijs verhoogd met 1,20, 1,60, 2,00 of 2,50 yuan per kilometer, de toeslag per extra kilometer staat aangegeven op een sticker die zichtbaar geplakt is. Sommige taxi's accepteren eveneens de Yikatong card.

Sport

Peking organiseerde de Olympische Spelen van 2008 in onder meer het Nationale Stadion (het "Vogelnest"), wat leidde tot een golf van nationale trots in heel China. Het Nationale Stadion werd in 2015 gebruikt voor de organisatie van het WK atletiek. Op 31 juli 2015 werden de Olympische Winterspelen van 2022 toegewezen aan Peking. Peking is de eerste stad die zowel de Zomerspelen als de Winterspelen toegewezen heeft gekregen.

Geboren

  • Kangxi (1654-1722), keizer van China (1661-1722)
  • Jiaqing (1760-1820), keizer van China (1796-1820)
  • Daoguang (1782-1850), keizer van China (1820-1850)
  • Xianfeng (1831-1861), keizer van China (1850-1861)
  • Cixi (1835-1908), keizerin van China
  • Tongzhi (1856-1875), keizer van China (1861-1875)
  • Guangxu (1871-1908), keizer van China (1875-1908)
  • Zaifeng (1883-1951), Mantsjoe-prins
  • Puyi (1906-1967), laatste keizer van China (1908-1912/1924) en keizer van Mantsjoekwo (1934-1945)
  • Wang Shixiang (1914-2009), kunst- en cultuurwetenschapper en dichter
  • John Dobson (1915-2014), Amerikaanse amateurastronoom
  • Gladys Yang (1919-1999), Brits literair vertaler
  • Patrick de Josselin de Jong (1922-1999), Nederlands antropoloog
  • Fang Lizhi (1936-2012), dissident en astrofysicus
  • Zhuang Zedong (1940-2013), tafeltennisser
  • Chen Kaige (1952), filmregisseur en filmacteur
  • Tian Zhuangzhuang (1952), filmregisseur
  • Xi Jinping (1953), president van China (2013-heden)
  • Ai Weiwei (1957), kunstenaar, politiek activist en filosoof
  • Lulu Wang (1960), Chinees-Nederlands schrijfster
  • Cui Jian (1961), zanger, componist, trompettist, gitarist en filmacteur
  • Cao Shunli (1961), advocaat en mensenrechtenactivist
  • Jet Li (1963), vechtkunstenaar en filmacteur
  • Hu Jia (1973), activist, dissident
  • He Kexin (1992), turnster
  • Yu Xiaoyu (1996), kunstschaatsster

Stedenbanden


Mediabestanden die bij dit onderwerp horen, zijn te vinden op de pagina Beijing op Wikimedia Commons.

This article is issued from Wikipedia. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.