Anne Marie Louise van Orléans

Anne Marie Louise van Orléans (Parijs, 29 mei 1627 - aldaar, 5 april 1693) was de enige dochter van Gaston van Orléans uit zijn huwelijk met Maria van Bourbon en was dus een nicht van de Franse koning Lodewijk XIV van Frankrijk.

Anne Marie Louise van Orléans
1627-1693
Gravin van Eu
Periode1657-1681
VoorgangerLodewijk Jozef
OpvolgerLodewijk August
Vorstin van Joinville
Periode1688-1693
VoorgangerMaria
OpvolgerFilips I
VaderGaston van Orléans
MoederMaria van Bourbon

Levensloop

Haar moeder, de schatrijke erfgename van Montpensier, stierf bij haar geboorte en maakte haar tot de rijkste erfgenaam van Frankrijk. Zij werd Mademoiselle de Montpensier of la Grande Mademoiselle genoemd om haar te onderscheiden van Mademoiselle, de dochter van Monsieur, de broer van Lodewijk XIV. In 1646 kwam de 14-jarige Italiaan Giovanni Battista Lulli, een beschermeling van de graaf van Guise, bij haar in dienst als manusje-van-alles. Hij gaf haar Italiaanse les en in ruil daarvoor stimuleerde zij zijn muzikale ontwikkeling, zodat hij kon uitgroeien tot de beroemde componist en dirigent Jean-Baptiste Lully.

Zij nam deel aan La Fronde tegen de koning, waarvan ook haar vader deel uitmaakte. Toen deze campagne was mislukt, werd Anne-Marie in 1657-1681 gravin van Eu in Normandië, door aankoop van het graafschap van Guise.

Anne Marie achtte zichzelf te goed om te trouwen met de vele adellijke partijen die zich aandienden. Zij hoopte op een - onmogelijk - huwelijk met Lodewijk XIV. Toen de geschikte tijd voor een huwelijk allang voorbij was, knoopte zij een relatie aan met een edelman beneden haar stand, Antoine Nompar de Caumont, hertog van Lauzun uit Gascogne. Haar voorgenomen huwelijk werd door Lodewijk belet, en Lauzun, die zijn ongenoegen niet voor zich kon houden, werd tien jaar lang in de vesting Pignerol opgesloten (waar op dat moment ook Nicolas Fouquet zat). Wellicht om Lodewijk gunstig te stemmen deed Anna Maria afstand van verschillende bezittingen ten voordele van de bastaarden van Lodewijk (de bezittingen waren eigenlijk al overgedragen aan Lauzun, die eerst weigerde te tekenen).

Het graafschap Eu werd in 1681 afgestaan aan Lodewijk August van Bourbon, hertog van Maine, een natuurlijke zoon van Lodewijk XIV. Ook het prinsdom Dombes en het hertogdom Aumale ging naar Maine over. Lauzun komt vrij en mag uiteindelijk met de Grande Mademoiselle trouwen - om haar meteen te verwaarlozen en aan het hof andere rokken te jagen. Het wordt een ongelukkig huwelijk.

De Mémoires de la Grande Mademoiselle werden bezorgd door Adolphe Chéruel, op basis van haar manuscripten, in 1868.

Literatuur

  • Bertière, Simone: Les Femmes du Roi-Soleil, Éditions de Fallois, 1998, ISBN 2-253-14712-5
  • Bouyer, Christian: La Grande Mademoiselle, la tumultueuse cousine de Louis XIV, Pygmalion, 2004, ISBN 2-85704-909-9
  • Fraser, Antonia: Love and Louis XIV; The Women in the Life of the Sun King, Anchor Books, London, 2006, ISBN 0-7538-2293-8
  • Pitts, Vincent Joseph: La Grande Mademoiselle at the Court of France, The Johns Hopkins University Press, 2000, ISBN 0-8018-6466-6.
  • Sackville-West, Vita: Daughter of France:The life of Anne Marie Louise d'Orléans, duchesse de Montpensier 1627-1693, Michael Joseph, London, 1959
Zie de categorie Anne Marie Louise d'Orléans, Duchess of Montpensier van Wikimedia Commons voor mediabestanden over dit onderwerp.
This article is issued from Wikipedia. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.