Anathema

Anathema (Oudgrieks: ἀνάθημα, lett. "het opgestelde") is in de klassieke archeologie de aanduiding voor een artefact dat in de oudheid door een bezoeker van een heiligdom aan een godheid werd geschonken. In de christelijke traditie kreeg het woord de betekenis van een vervloeking met als resultaat excommunicatie.

Oudheid

Anathemata in de oorspronkelijke betekenis werden gegeven als dankbetuiging voor een verleende gunst of om een bepaalde wens kracht bij te zetten. Een andere veel voorkomende benaming is wel ex voto, hoewel deze term meer wordt geassocieerd met soortgelijke gebruiken binnen de Katholieke Kerk. Correcte Nederlandse aanduidingen zijn wijgeschenk en votiefgift.

Christendom

In de Griekse vertaling van het Oude Testament werd het woord gebruikt als vertaling voor het Hebreeuwse cherem in de betekenis dat iets of iemand in het midden van de gemeenschap voor God werd gesteld, ofwel tot zegening ofwel tot veroordeling. Op deze wijze werd het de uitdrukking voor een banvloek.

In het Nieuwe Testament wordt de uitdrukking gebruikt door de apostel Paulus die in de brief aan de Galaten (Gal. 1, 8-9[1]) de uitdrukking anathema sit ("hij zij vervloekt") gebruikt.

In de betekenis van uitsluiting (excommunicatie, kerkelijke ban) is de formulering sinds de 4e eeuw tegen verschillende ketterijen gebruikt op particuliere en oecumenische concilies in de geijkte vorm "indien iemand dit of dat zegt (dat in strijd is met de besluiten van het concilie), hij zij in de ban (anathema sit)".

De uitdrukking werd ook gebruikt tijdens het Concilie van Trente (1545-1563) dat over de aanhangers van de (vanuit de katholieke leer gezien) dwaling van de Reformatie 126 keer het anathema heeft uitgesproken.

In reactie op deze vervloekingen is in 1563 in de Heidelbergse Catechismus (vraag en antwoord 80) een uitspraak gedaan over de katholieke leer over het H. Misoffer. In dit kerkelijk leerboek wordt deze leer als een "vervloekte afgoderij" afgewezen. De protestantse kerkgenootschappen gebruiken het anathema niet. Wel kennen zij de excommunicatie en de ban.

Literatuur

  • (fr) Fransen, P. (1953), Réflexions sur l'Anathème au Concile de Trente, in Ephem. Tehol. Lovan. 29, blz. 657-672
This article is issued from Wikipedia. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.