Alexander von Falkenhausen

Ernst Alexander Alfred Herrmann Freiherr von Falkenhausen (Blumenthal (Silezië), 29 oktober 1878 - Nassau (Rijnland-Palts), 31 juli 1966) was een Duits militair. Hij bereikte de rang van generaal der Infanterie.

Alexander von Falkenhausen
Alexander von Falkenhausen (1933)
Geboren29 oktober 1878
Gut Blumenthal, Silezië (provincie), Duitse Keizerrijk (nu Polen)
Overleden31 juli 1966
Nassau, Rijnland-Palts, West-Duitsland
RustplaatsStadtfriedhof, Nassau/Lahn, Veld A-W 12[1]
Land/zijde Duitse Rijk
Weimarrepubliek
 Nazi-Duitsland
Flensburgregering
 Duitsland
 West-Duitsland
Onderdeel Deutsches Heer
Reichswehr
Heer
Dienstjaren1897 – 1930
1934 - 1944
Rang
General der Infanterie
EenheidOldenburgisches Infanterie-Regiment Nr. 91
3. Ostasiatischen Infanterie-Regiment
Militair attaché
BevelMilitärbefehlshaber van België en Noord-Frankrijk
Slagen/oorlogenEerste Wereldoorlog

Tweede Wereldoorlog

OnderscheidingenZie decoraties
Ander werkMilitair attaché in Tokio
Alexander von Falkenhausen (1940)

Biografie

Von Falkenhausen is in België vooral bekend als militaire bevelhebber van het Duitse militaire bestuur van mei 1940 tot juli 1944 van België en Noord-Frankrijk. Van 20 tot 29 mei 1940 was hij dit ook voor Nederland, hierna werd het militair bestuur vervangen door een civiel bestuur onder leiding van een rijkscommissaris, Arthur Seyss-Inquart.

Hij was een neef (oomzegger) van Ludwig von Falkenhausen, de bevelhebber over het bezette België in de Eerste Wereldoorlog. Zelf vocht hij mee in de Bokseropstand en hij vocht in de Eerste Wereldoorlog aan het oost- en het westfront en in Palestina. Hij was een groot liefhebber van Aziatische culturen. Op 31 januari 1930 werd hij op rust gesteld.

In april 1934 werd hij militair adviseur van Chiang Kai-shek in China in de periode van de Sino-Duitse samenwerking, en hielp samen met Hans von Seeckt het Chinese leger en de Chinese economie hervormen. In 1937 koos Duitsland openlijk de zijde van Japan en moest Falkenhausen terugkeren naar Duitsland. Dit deed hij pas toen zijn superieuren dreigden zijn familie te straffen voor diens 'hoogverraad'. In een afscheidsdiner met Chiang Kai-shek beloofde hij te zorgen dat geen enkel geheim aan Japan zou worden doorgespeeld.

Toen de Tweede Wereldoorlog uitbrak werd hij terug opgeroepen op 25 augustus 1939. Als militair bevelhebber van België en Noord-Frankrijk bracht Falkenhausen een aantal anti-Joodse decreten uit en werden uit zijn naam zeer veel Belgen gedwongen tewerkgesteld. Zijn maatregelen leidden tot werkloosheid onder Joden in België, waarna zeer velen gedeporteerd werden naar kampen in Noord-Frankrijk of de Duitse dodenkampen in bezet Polen. Hij verordende de executie van 240 Belgische burgerlijke gijzelaars tijdens de oorlogsjaren.

Op 15 juli 1944 werd hij uit zijn commandofunctie ontheven en moest hij plaats maken voor een civiel bestuur van nazigetrouwen. Hij werd enkele dagen later verdacht betrokken te zijn bij het militaire complot tegen Adolf Hitler van de Wehrmacht op 20 juli 1944, dat mislukte. Er waren geen bewijzen en hij werd niet veroordeeld noch terechtgesteld. Wel werd hij opgesloten in de 'prominentenbarakken' van Buchenwald en vervolgens van Dachau. Op 24 april 1945 werd hij samen met 138 andere prominenten geëvacueerd naar Niederdorf (Zuid-Tirol) en er begin mei bevrijd door de geallieerden. Hij bleef in krijgsgevangenschap.

In 1948 werd hij uitgeleverd aan België. Hij stond terecht in Brussel waar hij op 9 maart 1951 werd veroordeeld tot twaalf jaar dwangarbeid wegens zijn rol in de deportatie van Joden (waarvan de meeste niet de Belgische nationaliteit hadden). De veroordeling was mild omdat er bewijzen waren dat hij had geprobeerd zo veel mogelijk (Belgische) Joden en Belgen te redden van deportatie en executie. Hij werd enkele dagen na de veroordeling vrijgelaten op basis van de Wet-Lejeune (een derde van de straf uitgezeten tijdens de voorhechtenis) en naar Duitsland uitgewezen. Alvorens de grens over te steken, schreef hij in het Belgische douanekantoor in het klachtenboek: Ingrata Belgica, non possidebis ossa mea. (Ondankbaar België, jullie zullen mijn knoken niet behouden)

Weduwnaar sinds 1950 huwde hij in september 1960 met Cécile Vent (1906-1977), die tijdens de oorlog hoofd van de sector Verviers van het inlichtingennetwerk Tégal was geweest. Hij had haar leren kennen tijdens zijn gevangenschap. Beide huwelijken bleven kinderloos.

Generaal von Falkenhausen droeg de Orde Pour le Mérite en de Huisorde en Orde van Verdienste van Hertog Peter Friedrich Ludwig van Oldenburg. Op zijn 72e verjaardag in 1950 kreeg hij van Chiang Kai-shek een miljoen dollar en een brief waarin hij 'vriend van China' genoemd werd.

Militaire loopbaan

Decoraties

Geschriften

Literatuur

  • Albert De Jonghe, De strijd Himmler-Reeder om de benoeming van een HSSPF in Brussel (1942-1944), in: Bijdragen tot de geschiedenis van de Tweede Wereldoorlog, Brussel, 1976-1984.
  • Hsi-Huey Liang: The Sino-German connection: Alexander von Falkenhausen between China and Germany 1900–1941 van Gorcum, Assen 1978
  • Liman von Sanders: Fünf Jahre Türkei
  • Hans Werner Neulen: Feldgrau in Jerusalem, München 1991, ISBN 3-8004-1437-6
  • Norbert Frei (Hrsg.): Transnationale Vergangenheitspolitik, Göttingen 2006, ISBN 3-89244-940-6

Zie ook

This article is issued from Wikipedia. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.