ADR-gevarenklassen en -labels

Er zijn heel veel stoffen die door hun specifieke eigenschappen tot de groep van gevaarlijke stoffen behoren. Afhankelijk van de specifieke eigenschappen zijn deze ingedeeld in gevarenklassen. Voor het goederenvervoer is het van belang dat gevaarlijke stoffen worden ingedeeld in bepaalde groepen.

Gevarenlabels op een goederenwagon, in dit geval betreft het een brandbare koolwaterstof.

Het vervoer van bepaalde gevaarlijke stoffen is in sommige tunnels verboden. In Nederland zijn de tunnels onderverdeeld in twee categorieën:

  • I - verboden voor tankvervoer van brandbare en/of giftige gassen.
  • II - verboden voor nagenoeg alle vervoer van gevaarlijke stoffen.

Het vervoer van gevaarlijke stoffen over de weg is in Europa geregeld in het ADR (Accord européen relatif au transport international des marchandises Dangereuses par Route).

Sinds 1 januari 2010 is een nieuwe classificering voor tunnels van kracht: A t/m E. Klasse-indelingen (uitzonderingen niet genoemd):

  • A - Geen beperkingen (wordt niet aangegeven)
  • B - Verboden voor gassen.
  • C - Verboden voor vloeistoffen en gassen
  • D - Verboden voor vaste stoffen, vloeistoffen en gassen.
  • E - Verboden voor alle gevaarlijke stoffen.

wat is een brandbevorderende stof?

Indeling

Indeling van de gevarenklassen in groepen stoffen die tijdens het vervoer een gelijksoortig hoofdgevaar bezitten:

1. Ontplofbare stoffen en voorwerpen

  1. Gevaar voor massa-explosie
  2. Gevaar voor scherfwerking, geen gevaar voor massa-explosie
  3. Gevaar voor brand, maar weinig gevaar voor scherfwerking en drukwerking
  4. Gering gevaar voor ontploffing
  5. Zeer ongevoelige stoffen en voorwerpen, wel gevaar voor massa-explosie
  6. Uiterst ongevoelige stoffen en voorwerpen, zeer gering ontploffingsgevaar.

2. Gassen

  1. Brandbare gassen
  2. Verstikkende gassen
  3. Giftige gassen
  4. Oxiderende gassen
  5. Corrosieve gassen

3. Brandbare vloeistoffen

  1. Brandbare vloeistoffen met een kookpunt tot 35 °C.
  2. Brandbare vloeistoffen met een vlampunt lager dan 23 °C en een kookpunt boven 35 °C.
  3. Vloeistoffen met een vlampunt tussen 23 °C en 60 °C en een kookpunt boven 35 °C alsmede gasolie, dieselolie en lichte stookolie vanwege hun overeenkomstige eigenschappen.

4. Brandbare vaste stoffen

  1. Brandbare vaste stoffen
  2. Voor zelfontbranding vatbare stoffen
  3. Stoffen die in contact met water brandbare gassen ontwikkelen

5. Oxiderende stoffen

  1. Oxiderende stoffen
  2. Organische peroxiden

6. Giftige en infectueuze stoffen

  1. Giftige stoffen
  2. Infectueuze stoffen

7. Radioactieve stoffen

  1. Alfastraling
  2. Bètastraling
  3. Gammastraling
  4. Neutronenstraling

8. Bijtende stoffen

  1. Corrosieve stoffen
  2. Zuren
  3. Basen

9. Diverse gevaarlijke stoffen

  1. Diverse gevaarlijke stoffen en voorwerpen

Aanduidingen

licht ontvlambare vloeistof (benzine)

De gevarenklasse staat in combinatie met een stofidentificatienummer vermeld op een rechthoekig oranje bord. Het gevaarsidentificatienummer (GEVI) - ook wel Kemler-getal of Kemler-code genoemd - staat altijd boven het stofidentificatienummer. De symbolen in de gevaarscode komen grotendeels overeen met de stofklassen:

2 ontsnappen van een gas t.g.v. druk of van een scheikundige reactie
3 brandbaarheid van vloeistoffen (gas) en gassen, of voor zelfverhitting vatbare vloeistoffen
4 brandbaarheid van vaste stoffen, of voor zelfverhitting vatbare stoffen
5 verbranding bevorderende (oxiderende) werking
6 giftigheid of gevaar voor besmetting
7 radioactiviteit
8 corrosiviteit (bijtende werking)
9 als eerste cijfer: diverse gevaren (onder andere milieugevaarlijk)
9 als laatste cijfer: gevaar voor spontane hevige reactie
0 als 2de en laatste getal: geen verder gevaar toevoeging
X gevaarlijke reactie met water

Een dubbel cijfer geeft een versterking van het gevaar aan (bv. 3= brandbaar; 33 = licht ontvlambaar).

Bijzondere gevaarsidentificatienummers zijn:

22 diepgekoeld gas
333 voor zelfontbranding vatbare vloeistof
44 brandbare vaste stof bij hoge temperatuur en in gesmolten toestand
606 besmettelijke stof
99 verwarmde stof (diverse gevaarlijke stoffen)

Als de stof in meerdere gevarenklassen valt, worden de getallen achter elkaar geschreven.

Enkele voorbeelden: De aanduiding X88 - 1829 wil zeggen dat de wagen zwavelzuuranhydride (zwaveltrioxide) (gestabiliseerd) vervoert en de cijfers 33 - 1088 betekenen dat de tank op de auto acetaldehyde-di-ethylacetaat bevat en 33 - 1203 wil zeggen dat het gaat om koolwaterstoffen, mengsels - vloeibaar (benzine).

Bovenstaande symbolen staan op voertuigen in de bovenste helft van een op de punt geplaatst vierkant in verschillende kleuren of combinaties van kleuren; in de onderste helft wordt het cijfer van de bijbehorende gevarenklasse vermeld. Meestal wordt het als etiket opgeplakt afhankelijk van de lading.

NFPA 704-gevarenruit

Mogelijke kleuren die een soort gevaar aanduiden:

  • oranje - explosief
  • rood - brandbare vloeistof of gas
  • groen - niet brandbaar samengedrukt gas
  • wit - giftig of infectueus
  • blauw - brandbaar bij aanraking met water

Zie ook

Zie de categorie ADR images van Wikimedia Commons voor mediabestanden over dit onderwerp.
This article is issued from Wikipedia. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.