1e millennium

Het eerste millennium liep vanaf het jaar 1 tot 1000 n.Chr. volgens de juliaanse kalender.

JezusRomeinse RijkBuskruitSchakenAttila de HunVesuviusVroege middeleeuwenAzteekse Rijk
Van links, met de klok mee: Uitbeelding van Jezus, een centraal figuur in het christendom; Het Colosseum, een mijlpaal van het Romeinse Rijk; Buskruit is uitgevonden gedurende het einde van het 1e millennium, in China; Schaken wordt populair in de wereld; Het West-Romeinse Rijk valt en luidt daarmee de vroege middeleeuwen in; De stoffelijke resten van een jonge vrouw, ook wel bekend als "ring lady", is gedood door de uitbarsting van de Vesuvius in 79AD; Attila de Hun, leider van de Hunse Rijk, neemt een groot deel van Oost-Europa in. (Achtergrond: Namaak van een antieke muurschildering uit Teotihuacan)

Europa

Belangrijke ontwikkelingen in Europa waren de opkomst en de ondergang van het Romeinse Rijk, de opkomst van het christendom en de Grote Volksverhuizing.

Uit het Oergermaans ontwikkelen zich het Noors, Nedersaksisch, Engels, Westerlauwers, Sater- en Noord-Fries en het Nederlands.

Het Latijn, de taal van de Romeinen, raakt door de Romeinse expansie verspreid over een groot deel van Europa en wordt in het westelijke deel van het Romeinse Rijk de algemene voertaal. In de loop der eeuwen worden de verschillen tussen de dialecten van het Latijn steeds groter en de onderlinge verstaanbaarheid steeds kleiner, zodat ze vanaf ca. 800 als verschillende talen worden beschouwd: de Romaanse talen. Verschillen tussen de Romaanse talen en het Latijn worden ten dele toegeschreven aan de invloed van substraattalen, de talen van door de Romeinen onderworpen volken.

Het tweede deel van het eerste millennium wordt ook wel de vroege middeleeuwen genoemd. Dit is de periode waarin onder andere de Vikingen zich roerden en het Byzantijnse Rijk opkwam.

Amerika

Rond 500 trekken Arowakken vanuit het Westen het laagland van de Guyana's binnen. Ze vestigen zich vooral langs de kust, maar trekken ook via de rivieren het binnenland in, tot aan de stroomversnellingen van Wonotobo, Vanwege de veel voorkomende overstromingen in de moerassen van het kustgebied werpen ze kleiterpen op om hun vruchtbare landbouwgrond en woongebied te beschermen. Ze zijn vooral landbouwers, vissers en verzamelaars. Ze cultiveren de cassave, ananas, kalebas, papaja, tabak, katoen en pijlriet en richten zo een bloeiende samenleving op.

Eeuwen en decennia

1e eeuw 1-910-19 20-29 30-3940-49 50-59 60-6970-79 80-8990-99
2e eeuw 100-109110-119 120-129 130-139140-149 150-159 160-169170-179 180-189190-199
3e eeuw 200-209210-219 220-229 230-239240-249 250-259 260-269270-279 280-289290-299
4e eeuw 300-309310-319 320-329 330-339340-349 350-359 360-369370-379 380-389390-399
5e eeuw 400-409410-419 420-429 430-439440-449 450-459 460-469470-479 480-489490-499
6e eeuw 500-509510-519 520-529 530-539540-549 550-559 560-569570-579 580-589590-599
7e eeuw 600-609610-619 620-629 630-639640-649 650-659 660-669670-679 680-689690-699
8e eeuw 700-709710-719 720-729 730-739740-749 750-759 760-769770-779 780-789790-799
9e eeuw 800-809810-819 820-829 830-839840-849 850-859 860-869870-879 880-889890-899
10e eeuw 900-909910-919 920-929 930-939940-949 950-959 960-969970-979 980-989990-999

Zie ook

This article is issued from Wikipedia. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.