< Schilderen

Het kleurenpalet is de set kleuren die een schilder gebruikt bij het werk. In de handel zijn vele tientallen kleuren te koop. Al die kleuren heb je niet nodig, met een beperkt palet kan je voldoende resultaat bereiken.

Beperkt palet

In theorie kan je met de primaire kleuren - rood, blauw en geel - alle andere kleuren maken, door twee of drie kleuren samen te mengen.

  • oranje krijg je uit rood + geel
  • paars krijg je uit rood + blauw (dat paars wordt echter nooit echt mooi)
  • groen krijg je uit blauw + geel
  • bruin in allerlei tinten krijg je door drie kleuren te mengen: rood + geel + blauw

Daarnaast is het uiteraard nodig om te beschikken over een flinke tube wit (wit wordt door de meeste schilders in grotere hoeveelheden gebruikt dan de andere kleuren). Bij aquarelleren op de traditionele manier wordt echter absoluut geen wit gebruikt. Het papier dient dan als witte ondergrond. Wit heb je nodig om kleuren op te lichten, zo maak je van rood een roze, van blauw een heldere lucht, en van de diverse bruinen en zwarten allerlei tinten grijs.

Het heeft voordelen om een beperkt palet te gebruiken, om de volgende redenen:

  1. minder kleuren dwingen je om meer te mengen, waardoor je meer evaring krijgt met de eigenschappen die elke kleur heeft en hoe ze kunnen worden gemengd om de tint en waarde te creëren die je nodig hebt.
  2. weinig kleuren leiden sneller tot meer eenheid in het schilderij.
  3. teveel kleuren met elkaar mengen kan leiden tot kleuren die niet bij elkaar passen, uiteindelijk kan dan alles "modder" worden.
  4. een beperkte palet is efficiënt, je hoeft minder kosten te maken, minder tubes schoon te maken etc.

Een praktisch basispalet

Uitgebreid primair kleurenpalet

De praktijk is echter weerbarstig. De kleurpigmenten die je koopt, zijn niet geheel zuiver. Een tube rode verf neigt bijvoorbeeld altijd óf iets naar oranje, óf iets naar paars.

Daarom is het beter om een "uitgebreid primair" palet te gebruiken. Dit palet bevat zowel een koele en een warme variant van elke primaire, plus wit. Zo een basispalet bestaat uit de volgende kleuren:

Nog wat tips hierbij:

  • Phthaloblauw is intens van kleur, dus gebruik het zeer spaarzaam. Meng het bijvoorbeeld eerst met een beetje wit.
  • Het traditionele alizarine is niet lichtecht en vervaagt op den duur. Je mooie roze kan dan wit worden. Kies daarom een moderne variant die wel lichtecht is, die heet bijvoorbeeld "alizarine permanent".
  • Twee kleuren geel is niet strikt noodzakelijk, er zijn gele kleuren die nauwelijks naar groen of oranje neigen.

Uitbreidingen

Uiteraard zijn er vele uitbreidingen van dit palet mogelijk; er zijn niets voor niets honderden kleuren te verkrijgen.

  • Groen in diverse tinten is fijn als je landschappen wil schilderen, bijvoorbeeld permanentgroen licht
  • Zwart als basis voor schaduwen, maar kan vaak gemist worden. Er zijn diverse zwarten, het meest gebruikte zwart is ivoorzwart.
  • Paars of violet is onmogelijk te mengen. Overweeg - als paars heel belangrijk is in je schilderij - een aparte tube te kopen. Dat zijn echter vaak dure kleuren, zeker in olieverf.
  • Aardkleuren, zoals oker (gebrand of natuur), omber (gebrand of natuur), zijn prettig als basis voor bruine tinten, maar ook om de primaire kleuren wat af te zwakken.

Er is overigens verschil tussen transparante en dekkende kleuren, zie transparantie

This article is issued from Wikibooks. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.