< Schilderen
De analoge kleuren grenzen aan elkaar op de kleurencirkel

Door een in een schilderij alleen aan elkaar verwante kleuren te gebruiken kan eenvoudiger een harmonieus resultaat bereikt worden. De analoge kleuren zijn kleuren die naast elkaar liggen in de kleurencirkel. De kunstenaar kiest dan voor een hoofdkleur (en een hoofdpigment) die gemengd worden met een beperkt aantal andere pigmenten.

Als bijvoorbeeld blauw als hoofdkleur gekozen wordt, worden in het schilderij alleen kleuren gebruikt die met deze hoofdkleur zijn gemengd. Dan ontstaan paarse tonen (bij mengen met een magenta) en blauw-groene tonen (bij mengen met geel). Puur geel en puur rood worden dan niet gebruikt, alleen in een combinatie met blauw. Wit kan daarbij gebruikt worden om de kleuren lichter te maken, een complementaire kleur (oranje, of combinatie van rood en geel) om een kleur te neutraliseren.

Bij een hoofdkleur geel bestaat uit het eindresultaat dan alleen uit oranje, gele en groene tinten. Bij een hoofdkleur rood alleen uit oranje en paarse tinten.

Edward Degas
Vincent van Gogh
Piet Mondriaan
Voorbeelden van schilderijen met analoge kleuren. Links uitgaande van geel (met iets groen en rood), midden van blauwgroen (met groen en blauw), rechts van blauw (met groen en paarsachtig rood en veel wit om het roze te verkrijgen)
This article is issued from Wikibooks. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.