< Nederlandse literatuurgeschiedenis

Nederlandse literatuurgeschiedenis

  1. Inleiding
  2. Middeleeuwen
  3. De renaissance
  4. Het Frans-classicisme
  5. De verlichting
  6. De romantiek
  7. Het realisme
  8. De tachtigers
  9. Symbolisme en gemeenschapskunst
  10. Neoclassicisme
  11. Neoromantiek
  12. Historische avant-garde en modernisme
  13. De beweging van vijftig
  14. De jaren zestig
  15. 1970-2000
  16. Bronvermelding en literatuur

De term modernisme heeft een nogal brede betekenis. In literair-historisch verband verwijst het vooral naar een stroming binnen het proza van de jaren 20 en 30 van de 20e eeuw, waarin men begon te twijfelen aan het menselijke intellect. Ook twijfelden modernisten aan het vermogen van taal om de werkelijkheid te beschrijven. Het modernisme onderscheidt zich door deze opvatting op een wezenlijk punt van de andere -ismen van die tijd, die samen ook wel de historische avant-garde worden genoemd.

Historische avant-garde

  • Tijdschriften :
    • het Getij (Herman van den Bergh)
    • De vrije Bladen (Marsman)
    • Ruimte
  • Herman van den Berghe
  • Marsman
  • Paul Van Ostayen
  • Theo van Doesberg

Modernisme

  • Carry van Bruggen
  • Menno ter Braak
  • E. du Perron
  • Martinus Nijhoff
  • Maurice Roelants
  • Elsschot
  • Slauerhoff
  • Vestdijk
  • A. Van Schendel
  • F. Bordewijk
  • Vasalis
  • Bertus Aafjes
  • Gerrit Achterberg
  • Cola Debrot
  • Tijdschriften :
    • Forum (ter Braak en Du Perron, Maurice Roelants, Marnix Gijsen, Gerard Walschap en Willem Elsschot)
    • Criterium
This article is issued from Wikibooks. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.