< Maatschappijleer
Inleiding
Toetsen bij maatschappijleer
De doelstellingen van maatschappijleer zijn online terug te vinden. Naast kennis, wordt er ook gekeken naar vaardigheden en houding (attitude).
Vaardigheden
Vaardigheden zijn soms lastig te toetsen en beoordelen.
Soorten toetsvragen
- begripsvraag (informatie)
- selectievraag (informatie)
- bewerkingsvraag (informatie)
- aanvaardbaarheidsvraag (informatie)
- argumentenvraag
- standpuntvraag
- afwegingsvraag
- probleemstellingsvraag (onderzoek)
- werkplanvraag (onderzoek)
- conclusievraag (onderzoek)
Doel en functies van toetsing
Toetsing kan een functie van evaluatie worden gezien.
Toetsing geeft:
- de leerling inzicht in zijn vorderingen;
- docenten informatie over de kwaliteit van hun onderwijs;
- scholen handvatten voor selectie en allocatie.
Er kan onderscheid gemaakt worden tussen diagnostische toetsing (formatief) en selectieve toetsing (summatief).
Fasen in het toetsproces
- Doelbepaling
- Meten
- Cijfer geven
- Beslissen
Constructie van toetsen
Voordat je een toets ontwikkelt, kun je stilstaan bij een aantal vragen. Deze kunnen helpen bij het samenstellen van een goede toets.
Kwaliteitseisen aan toetsen
- betrouwbaarheid (als je het vaker afneemt, krijg je dan hetzelfde resultaat?)
- validiteit (meet je wat je wilt weten?)
- aanvaardbaarheid
- transparantie
- objectiviteit
- bruikbaarheid (wat, waar en hoe en voor wie? Bijv. taalgebruik)
Soorten toetsvragen
De vraagvorm hangt af van het toetsdoel.
Gesloten vragen
- Standaardtype meerkeuzevraag
- De vraag met twee uitspraken.
- De vraag met meer dan twee uitspraken
- De herordeningsvraag
- De combinatievraag
- De waar/niet-waarvraag
Open vragen
This article is issued from
Wikibooks.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.