De soort behoort als enige tot het geslacht Franklinia, een zogeheten monotypisch geslacht. Het is een bladverliezende boom met een afgeronde, tot 5 m brede kroon of een struik met meerdere stammen. De plant kan niet overleven op kleigrond.

Alle families?	Familie: Theaceae (Theaceae) Geslacht: Franklinia Soort: Franklinia alatamaha
Stengel/Tak:	Gegroefde, grijze schors.
Blad:	De afwisselend geplaatste bladeren zijn smal, langwerpig-lancetvormig, getand, tot 20 cm lang en aan de bovenzijde glanzend donkergroen van kleur. In de herfst verkleuren de bladeren voordat ze afvallen naar diverse tinten oranje, rood en paars.
Bloei: Bloem: Meer van dezelfde kleur?	Van de late zomer tot de vroege herfst. De bloemen lijken op die van Camellia, zijn tot 8 cm breed, komvormig en zoetgeurend. Ze bestaan uit vijf witte kroonbladeren en een centrum van helder gele meeldraden die de witte stamper omgeven.
Vrucht:	De vruchten zijn bolvormige, 1,5-2,5 cm grote, houtige doosvruchten.
Hoogte/Lengte: Meer van dezelfde hoogte?	± <900 cm.
Bodem: Meer onder dezelfde omstandigheden?	Grondsoort: Voedselrijke, zure grond.
FAQ:	Vragen en/of antwoorden over de Franklinia alatamaha?

Meer afbeeldingen over dit onderwerp vindt u in Categorie Franklinia alatamaha op Wikimedia Commons

Wikipedia heeft een encyclopedisch artikel over Franklinia alatamaha