< Kaartspel

Miezemauzen is een oud kaartspel dat in Nederland vóór 1940 erg populair was. Het is van oorsprong een Duits spel.

Begin

Iedere speler begint met vijfentwintig punten. Haalt iemand in een ronde minstens een slag dan mag een punt worden afgetrokken. Wanneer iemand er niet in slaagt een slag te halen dan krijgt hij vijf punten die worden opgeteld bij zijn totaal. Diegene die het eerste nul punten bereikt is de winnaar. Het is zaak zo veel mogelijk slagen te maken en de tegenspelers dus punten aan te smeren, ook al leveren meer slagen geen punten op.

Delen van de kaarten

Het spel wordt gespeeld met een normaal deck van 52 kaarten met de normale volgorde: aas, heer, vrouw, boer, 10, 9, 8, 7, 6, 5, 4, 3 en 2. Het wordt gespeeld met twee tot zes spelers. In onderling overleg wordt de eerste gever aangewezen. Na het schudden van de kaarten krijgt iedere speler én de tafel één voor één vijf kaarten. De overige kaarten komen gedekt op stock en de bovenste kaart wordt opengelegd om de troefkleur te bepalen. Voordat er gespeeld gaat worden, moeten de spelers beslissen of ze passen of meegaan.

Passen of Meegaan

De voorhand (de speler links van de gever) mag als eerste kiezen of hij past of meegaat. Denkt hij minstens één slag te kunnen maken dan gaat hij mee. Heeft hij slechte kaarten, dan zal hij passen. Een derde mogelijkheid is dat hij zijn kaarten ruilt tegen de vijf die op tafel liggen, maar dan is hij tevens verplicht mee te gaan. Hierna komen de andere spelers aan de beurt. De kaarten van de tafel mogen slechts een keer worden geruild. Dit geldt ook voor de gever die als laatste moet beslissen. De gever heeft als extra mogelijkheid de keuze om een van zijn kaarten te ruilen tegen de open troefkaart.

Bijzondere regels

Een speler mag maar tweemaal achtereen passen, de derde keer is hij dus verplicht mee te spelen op straffe van drie punten. Wanneer iemand op vijf strafpunten staat móet hij meespelen.

De voorhand komt uit met een kaart van eigen keuze. De andere spelers moeten bekennen, dat wil zeggen een kaart van dezelfde kleur bijleggen. Wanneer men de gevraagde kleur niet bezit, mag er getroefd worden. Diegene die de hoogste kaart opgooit wint de slag en mag de volgende kaart op tafel brengen.

Kat en Kater

Als een speler bij het delen vijf kaarten van een kleur in handen krijgt, roept hij, nadat iedereen zich uitgesproken heeft maar voordat de eerste kaart op tafel komt, 'met de kat'. De speler 'met de kat' mag vijf punten aftrekken en het spel is direct beëindigd. Bij vijf kaarten in de troefkleur wordt op dezelfde manier 'met de kater' geroepen, maar dit levert aftrek van tien punten op.

 
Kaartspel

Barbuse - Belotten - Bezique - Bieden - Blackjack - Boerenbridge (Chinees poepen) - Bonken - Bridge - Canasta - Crapette - Cribbage - Doerak - Duizenden - Eenendertigen - Eenentwintigen - Eenenvijftigen - Ezelen - Freecell - Hartenjagen - Heugen - Jokeren - Kingen - Klaverjassen - Liegen - Manillen - Miezemauzen - Pandoeren - Patience (solitaire) - Pesten - Poker - Presidenten - Rikken - Rummy - Schutjassen - Skat - Shithead - Toepen - Vechten - Whist - Wiezen - Wippen - Zenuwen - Zwartepieten - Zwartevrouwen - Zwikken

This article is issued from Wikibooks. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.