Er bestaan 2 soorten verlengingen in het voetbal:

Naspeeltijd

Een wedstrijd wordt vaak verlengd en duurt dan langer dan 90 minuten. Dit noemt met ook wel naspeeltijd om voor tijd dat tijdens de wedstrijd niet gevoetbald werd te compenseren. Dit baseert zich op een gevoel (subjectief), want de niet-gespeelde tijd wordt niet gemeten. De duur van de naspeeltijd wordt beoordeeld door de 4de scheidsrechter.

De volgende onderbrekingen kunnen bijvoorbeeld leiden tot een verlenging:

• wisselen van spelers
• tijdrekken
• blessures
• verlies van tijd omdat de bal gehaald moet worden, als die ver buiten het veld is geschopt
• andere incidenten tijdens een voetbalmatch

Verlenging

Een verlenging kan optreden, wanneer men speelt met het knock-outsysteem. Dat wil zeggen dat aan het eind van de wedstrijd een winnaar moet vaststaan, waarbij slechts een van beide teams in de competitie verder gaat. Dit gebeurt bijvoorbeeld tijdens een toernooi, zoals het wereldkampioenschap, maar het wordt ook toegepast bij wedstrijden waar gespeeld wordt om een beker, de cup. Één verlenging duurt 2x 15 minuten De verlenging kan voortijdig beeindigd worden, bijvoorbeeld als men speelt volgens het systeem van de Golden Goal. Als een van beide partijen in de verlenging een doelpunt scoort, is de wedstrijd dan meteen afgelopen. Tegenwoordig hanteert men de "Zilveren goal", dit wil zeggen dat ze allebei de helften van de verlenging moet uitspelen.

Wanneer aan het einde van de verlenging nog altijd geen winnaar vaststaat, dan zal de wedstrijd op een andere wijze moeten worden beslist. Meestal gebeurt dit door het schieten van 5 strafschoppen door elke partij. Als dus ploeg A van de 5 strafschoppen er 3 scoort en de tegenpartij B maar 2, dan wint ploeg A. Als er na 5 strafschoppen evenveel gescoord is wordt er overhand nog één getrapt.