< Chemie Centraal

Een makkelijk te begrijpen binding die vooral te vinden is in anorganische stoffen, zoals zouten, is de ionbinding.

Een ionbinding is een verbinding tussen atomen die gevolg is van de elektrostatische aantrekking tussen een negatief en een positief geladen ion


Alternatieve benamingen voor deze binding zijn ionaire binding of elektrovalente binding.

De binding tussen twee atomen wordt veroorzaakt doordat het ene ion negatief geladen is en het andere ion positief. En zoals iedereen wel weet trekt positief en negatief elkaar aan. Het negatief geladen ion is doorgaans een niet-metaal en het positief geladen ion een metaal.

De werking van een ionbinding berust op het bereiken van de edelgasconfiguratie.

Edelgasconfiguratie

De edelgasconfiguratie is een toestand van de elektronenconfiguratie van een atoom of een ion, waarbij de elektronen in de buitenste schil de configuratie van de elektronen van een edelgas hebben


De edelgasconfiguratie wordt bereikt wanneer de buitenste schil 2 atomen rondom helium, (dat wil zeggen lithium, beryllium en boor) of 8 elektronen (de andere edelgassen Neon, Argon, Krypton, Xenon en Radon).

Elektronegativiteit

Elektronegativiteit (EN, ENW) is een maat voor de neiging van een atoom dat een chemische binding aangaat met een buuratoom om de gezamenlijke elektronenwolk naar zich toe te trekken


De elektronegativiteitswaarde neemt diagonaal (van linksonder naar rechtsboven) toe in het periodiek systeem. Cesium en francium hebben de laagste waarde; fluor de hoogste waarde.

Doorgaans wordt aangenomen dat er een ionverbinding bestaat indien het elektronegativiteitsverschil groter dan 1,7 is (bij een kleiner verschil kan men van een polaire of apolaire atoombinding uitgaan).

Δ ENW type binding tussen 2 atomen
>1,7 ionbinding
0,5 tot 1,7 polaire atoombinding
< 0,5 apolaire atoombinding

De sterkste ionbinding is dan ook cesiumfluoride.

Tabel met elektronegativiteitswaardes volgens Allred-Rochow



Groep 12345 67891011 12131415161718
Periode
1 H
2,20
He
2 Li
0,97
Be
1,47
B
2,01
C
2,50
N
3,07
O
3,50
F
4,10
Ne
3 Na
1,01
Mg
1,23
Al
1,47
Si
1,74
P
2,06
S
2,44
Cl
2,83
Ar
4 K
0,91
Ca
1,04
Sc
1,20
Ti
1,32
V
1,45
Cr
1,56
Mn
1,60
Fe
1,64
Co
1,70
Ni
1,75
Cu
1,75
Zn
1,66
Ga
1,82
Ge
2,02
As
2,20
Se
2,48
Br
2,74
Kr
5 Rb
0,89
Sr
0,99
Y
1,11
Zr
1,22
Nb
1,23
Mo
1,30
Tc
1,36
Ru
1,42
Rh
1,45
Pd
1,30
Ag
1,42
Cd
1,46
In
1,49
Sn
1,72
Sb
1,82
Te
2,01
I
2,21
Xe
6 Cs
0,86
Ba
0,97
La
1,10
Hf
1,23
Ta
1,33
W
1,40
Re
1,46
Os
1,52
Ir
1,55
Pt
1,42
Au
1,42
Hg
1,44
Tl
1,44
Pb
1,55
Bi
1,67
Po
1,76
At
1,96
Rn
7 Fr
0,86
Ra
0,97
Ac
 
Rf
 
Db
 
Sg
 
Bh
 
Hs
 
Mt
 
Ds
 
Rg
 
Uub
 
Uut
 
Uuq
 
Uup
 
Uuh
 
Uus
 
Uuo
 


← Vorige  Chemie Centraal  Volgende →

This article is issued from Wikibooks. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.